Echte liefde is en blijft altijd een wonder

Preek op de 7e zondag van Pasen 29 mei 2022 Cothen

Jezus heeft ons geen wetboek of protocollen nagelaten waarin nauwkeurig beschreven staat hoe we als gelovigen zouden moeten handelen. Of liever: hij heeft ons maar één wet nagelaten en dat is die van de liefde. Maar dat zou geen opgelegde verplichting moeten zijn. Want liefde is het hoogste goed. Dat hoogste goed zouden we omwille van de liefde zelf moeten nastreven.
Daarom gaat voor Jezus de liefde aan alles vooraf. Ze is niet alleen het doel waarnaar we streven. Ze is niet alleen het middel om dat doel te bereiken. Ze is de basis van alles.
Daarvoor heeft Jezus zijn leven over gehad uit liefde voor ons, mensen. Opdat wij door het geloof in hem die goddelijke liefde zouden ervaren en opdat we die liefde tot uitgangspunt nemen van ons leven en van ons doen en laten.
Daarom bidt Jezus tot God, de Vader, dat wij alleen één mogen zijn 1). En dat door die onderlinge eenheid en liefde van de christenen de wereld zal erkennen dat God zijn zoon in de wereld gezonden heeft en dat de wereld  zal erkennen dat Hij allen die in Jezus geloven heeft liefgehad met dezelfde liefde als waarmee de Vader Jezus heeft liefgehad.
De onderlinge eenheid en de liefde van de gelovigen voor elkaar en voor de medemensen is dus voor de wereld een teken dat Jezus echt de Christus is, de Zoon van de levende God, degene die de wereld terug voert naar God, en die de verzoening tussen God en mensen tot stand brengt.
In een wereld waarin eigenbelang en ‘voor wat hoort wat’ de dienst uit maakt is liefde een wonder. Liefde die de ander voorop stelt. Belangeloze liefde die daarom niet verklaarbaar is. Die liefde is een wonder. Een daarom een soort Godsbewijs.

De hoogste vorm van liefde, zegt Jezus, is dat iemand zijn leven geeft voor zijn vrienden. Dat is natuurlijk niet afdwingbaar. Dat kan alleen maar in volledige vrijheid geschieden. En in uiterste omstandigheden. We horen vandaag het verhaal van diaken Stefanus die gestenigd werd door een woedende menigte omdat hij in hun ogen Godslastering bedreef 2). Maar hij zeg de hemel open staan en Jezus aan Gods rechterhand. En net als Jezus aan het kruis bad Hij: Heer, vergeef het hun want ze weten niet wat ze doen.
Twee weken geleden werd de Nederlandse pater Karmeliet Titus Brandsma  heilig verklaard. Hij was in het concentratiekamp Dachau door de nazi’s opgesloten en ter dood veroordeeld omdat hij zich openlijk verzet had in preken en artikelen tegen het fascisme, de leugenachtige propaganda en de Duitse bezetter. Voordat zijn leven bruut met een dodelijke spuit beeindigd werd omdat hij zijn medegevangenen troostte en bemoedigde ondanks dat dit hem verboden werd –  in de dagen voor die moord schreef Titus een gedicht. En dat gedicht vereenzelvigde hij zich in zijn lijden met het lijden van Jezus. En hij verheugde zich dat hij met Christus mee mocht lijden uit liefde  voor de wereld.
Titus lijkt daarin op Stefanus die ook niet op vergelding uit was. Maar integendeel door zijn liefde het kwade overwon en velen won voor Jezus en voor het rijk van God.

Lang niet van iedere gelovige wordt zo’n offer verwacht. Maar liefde is bereid ook andere offers te brengen. Van vergeving, van edelmoedigheid, van liefdadigheid. De zorg voor armen en misdeelden. We zien op de t.v. rijen wachten op Schiphol op weg naar vakantie. Maar een volgend nieuwsitem laat zien dat de voedselbanken en kledingbanken de aan vragen niet aan kunnen. Als de voortekenen niet bedriegen zien we binnenkort overal om heen armen en mensen die hulp en zorg nodig hebben. Zullen we dan bereid zijn vrijwillig van overvloed en van vrije tijd af te zien om onze medemensen te helpen?

Christelijke gemeenschappen hebben altijd vooraan gestaan om hulp te bieden waar dat kon. In de tijd voordat de staat deze taken overnam. Intussen zien we dat de overheid tekort schiet. Is dat niet het moment om als parochies en als gemeenschappen te kijken wat we kunnen doen. Geeft een maand mensen in nood helpen niet veel meer voldoening dan een tropische vakantie. En nog ontspannender ook. Vanuit het standpunt van de liefde gezien tenminste.
Wanneer we echt initiatieven nemen, niet uit eigenbelang, of uit nuttigheidsoverwegingen, maar werkelijk spontaan omdat we de stem van ons hart volgen, dan is dat liefde. En alles wat onverklaarbaar is, is een wonder. Wij mogen die wonderen verrichten. En uit die eenheid en liefde openbaart God zich aan de wereld. Door die eenheid en liefde straalt het licht van Christus in de wereld.
“Rechtvaardige Vader, ik heb u erkend en dezen hier hebben erkend dat Gij mij gezonden hebt. Uw naam heb ik hun geopenbaard en ik zal dit blijven doen op dat de liefde waarmee Gij mij hebt liefgehad in hun moge zijn en ik in hen”.
Dat is het gebed van Jezus. Laten we de liefde van God de ruimte geven. Amen

Martin Los pr

2) 1e lezing: Handelingen der apostelen 7:55-60
1) Evangelielezing: Johannes 17:20-36

Pasen. Herwonnen onschuld

Preek op de 5e zondag in de Veertigdagentijd 3 april 2022 ’t Goy

Lieve zusters en broeders, de schriftlezingen die de kerk voor deze tijd van het jaar heeft uitgekozen, zijn bedoeld om ons voor te bereiden op Pasen. “Zie, Ik ga iets nieuws beginnen. Het is al begonnen, merk je niet” zegt God bij monde van de profeet Jesaja (1e lezing) 1). Als er werkelijk iets nieuw en zonder einde nieuw blijft, dan is het wel de verrijzenis van Jezus. En de apostel Paulus verheugt zich zo op de vervulling van Gods belofte dat hij uitroept: “Ik wil Christus kennen en de kracht van zijn opstanding ondervinden. Daar heb ik alles voor over” (2e lezing) 2).  Die woorden wekken óók in ons het verlangen naar de vernieuwende kracht van Pasen.
Maar hoe helpt het Evangelie van déze zondag ons met de voorbereiding op Pasen? Het staat bij velen bekend als het verhaal van ‘de overspelige vrouw’ 3). Maar is dat werkelijk de juiste typering? In de oorspronkelijke tekst van de Bijbel staan er geen kopjes of titels boven de verhalen. Het is een gebruik uit de laatste eeuw om het opzoeken in de Bijbel te vergemakkelijken.  Maar je zou dit evangeliegedeelte net zo goed of beter het verhaal van ‘de hypocriete mannen’ kunnen noemen, of van ‘Jezus die op de grond schreef’. Het kopje “de overspelige vrouw” zegt eerder iets over de patriarchale moraal die vroeger het denken bepaalde en de gesprekken beheerste en die maakt dat het verhaal onder die titel bekend staat. Nog steeds moeten in sommige culturen vrouwen hun gehele lichaam bedekken omdat zij anders een bron van verleiding zouden zijn door hun bestaan alleen.. Ook als ze slachtoffer zijn van misbruik, krijgen zij toch de schuld. Maar de praktijk wijst anders uit. Recente affaires die de laatste jaren breed uitgemeten worden in de nieuwsmedia zoals Metoo onderstrepen dat. Ook het verhaal zelf bevestigt dat aloude vooroordeel. Want de mannen die de vrouw gearresteerd hebben wegens overtreding van de wet zeggen: “meester, deze vrouw is op heterdaad betrapt terwijl zij overspel bedreef”. Let op. Zij zeggen niet: “Wíj hebben haar betrapt”. Dat zou betekenen dat ze getuigen waren geweest. Maar als ze getuigen waren geweest, hadden ze dan deze genante toestand niet kunnen voorkomen of in elk geval met meer begrip bekeken? En waar is de man in kwestie gebleven? Eigenlijk gaat hen helemaal niet om de gemeenschap te herstellen door recht te doen. Het is een stukje theater dat ze opvoeren om Jezus in diskrediet te brengen door hem klem te zetten. Want zou Jezus de vrouw veroordelen dan zou hij het vertrouwen van zijn volgelingen verliezen die hoopten dat met Jezus barmhartigheid onder de mensen de overhand zou krijgen. Zou hij haar niet veroordelen, dan zou hij bekend staan als een meester die lak had alle principes.  
Wat gebeurt er? Jezus buigt zich en schrijft met zijn wijsvinger op de grond.  Een mysterieus gebaar. Het zou kunnen uitbeelden dat Jezus zich geneert en ineenkrimpt om het gedrag van deze hardvochtige mannen. Het is ook een teken, dat doet denken aan de profetieën waarin staat dat God het hart van steen van zijn volk zal verwijderen en vervangen door een hart van vlees. En dat hij zijn wet in in de Messiaanse tijd hun binnenste zal schrijven door zijn Geest. 
Dan roept Jezus op tot zelfkennis en ommekeer: ‘wie zonder zonden is, werpe de eerste steen’.  Dit is één van de meeste bekende en meest gehoorde uitdrukkingen uit de Bijbel. Meestal wil men daarmee zeggen dat je niet mag oordelen omdat iedereen wel eens een misstap van welke aard dan ook heeft begaan? Maar het werkelijke punt hier is, dat de mannen niet zelf getuige zijn geweest. Ze hebben de overtreding van horen zeggen. Ze zijn dus valse getuigen. Ze dreigen een onschuldige te veroordelen. Dat is helemaal geen recht, maar het grootst denkbare onrecht. Iemand wordt moedwillig de grond in gestampt. Dat zal Jezus niet veel later zelf overkomen. Het is veelzeggend dat het verhaal begint met de opmerking dat Jezus op de Olijfberg was en ’s morgens naar de tempel ging. Hij was aan de vooravond van Goede Vrijdag ook op de Olijfberg.
Werkelijk recht betekent we altijd bereid moeten zijn de ander allereerst als medemens te herkennen en weer in de gemeenschap op te nemen. Als we allemaal bij onszelf te rade gaan en onze zonden gedenken, zullen we ook zelf zo behandeld willen worden. Zo schenkt God ons een nieuw begin. Een volkomen schone lei.
Dáárom wordt dit Evangelieverhaal ons verteld en daarom vertelt de Kerk ons dit verhaal bij de voorbereiding naar Pasen. Want met Pasen vieren we dat God met ons een nieuw begin maakt door het kruis en de verrijzenis van Jezus. God schenkt ons de vergeving van zonden en Hij doet ons opstaan als nieuwe mensen als we oprechte spijt hebben.
De Schriftgeleerden druipen één voor één af. Ze schamen zich voor hun gedrag. Twee personen blijven over. Jezus en de vrouw. Jezus hoeft zich nergens voor te schamen. Hij heeft zijn tegenstanders de mond gesnoerd. De vrouw is ook niet er tussen uit geslopen. Ze staat rechtop. Wil dat zeggen dat ze inderdaad slachtoffer was van vooroordelen of misbruik? In elk geval voelt zich volkomen aanvaard door de liefde van Jezus die de belichaming van Gods liefde is: ‘ook ik veroordeel u niet. Ga heen en zondig vanaf nu nooit (meer)’. Dat is de algemene vrijspraak en genade die Jezus ook zieken en melaatsen meegeeft. Het is geen impliciete veroordeling. Zondig niet meer, is geen waarschuwing, maar een hart onder de riem om als een bevrijd mens te leven, een kind van God
Wanneer wij zusters en broeders het Evangelie van Jezus horen en erdoor geraakt worden, dan is dat al vergeving van zonden. Dan worden we opgericht en zijn we nieuwe mensen. Weet u dat de priester of de diaken die het Evangelie tijdens de Mis leest, altijd zachtjes voor zichzelf zegt aan het einde: Moge door de voorlezing van het Evangelie vele zonden vergeven worden? Dat is elke keer een wonder, een nieuw begin, een ware verrijzenis. Amen.

(c) Martin Los
Schriftlezingen voor deze 5e zondag in de Veertigdagentijd jaar C
1) Jesaja 43:16-21
2) Philppenzen 3:8-14
3) Johannes 8:1-11
Afbeelding: the adulteress by Titian commonswiki.nl