Homilie op de eerste zondag van de Advent 2015 in de Mariakerk in De Meern en Willibrordkerk Vleuten

Schriftlezingen voor deze 1e Adventszondag uit het voorgeschreven universele lectionarium  van de r.k. kerk: 1e lezing: Jeremia 33:14-16; 2e lezing Thessalonicenzen 3:12-4:2; Evangelielezing: Lukas 21:25-28.34-36

Lieve zusters en broeders, misschien luistert u wel eens naar het radioprogramma Taalstaat dat zaterdags rond het middaguur wordt uitgezonden.
Een leuk onderdeel van dit programma is dat de luisteraar een Nederlandse woord kan inzenden die volgens hem of haar helaas in vergetelheid lijken te raken.
Het woordje “levenswandel” zou heel goed passen in die rubriek van bijna vergeten woorden. We hoorden het zoeven in de brief van Paulus aan de christenen in Thessaloníki: Wij vragen u dat u overlevering over een levenswandel die God welgevallig is, nog trouwer naleeft dan u al doet.
Een levenswandel, wat is dat? Het is niet hetzelfde als een levensloop. Bij sollicitaties moet je een curriculum vitae inleveren. Op LinkedIn zet de jongere generatie zijn levensloop zelf publiekelijk op Internet. Alle banen die je gehad hebt, het vrijwilligerswerk, je connecties.
Maar een levenswandel is de wijze waarop je leeft, de stijl van leven waaraan je herkenbaar bent tijdens je leven. Dus niet alleen af en toe, maar duurzaam. Het deelwoordje wandel duidt er ook op dat je heel bewust zo leeft. Je wordt er niet toe gedwongen zoals iemand die ergens voor op de vlucht is, of door een plotselinge bevlieging.

Een wandelaar neemt de tijd, loopt recht op, staat af en toe stil om iets moois te bewonderen, groet ander wandelaars. Zo spreekt uit een levenswandel ook bewustzijn en rust.
Een levenswandel straalt uit dat iemand bepaalde waarden vooropstelt die je leven richting geven. Die waarden zijn niet ver of onbereikbaar, maar met elke stap realiseer je ze. En het houdt in dat je bepaalde normen stelt aan jezelf over wat je passend vind of niet in verband met die waarden die je als goed en betrouwbaar ervaart.

In de Bijbel wordt gesproken over mensen met een heel bijzondere levenswandel omdat zij “wandelden met God”. Dan moet je niet zozeer denken aan statige personen die zich waardig bewegen door het leven alsof niets hen raakt van het gewoel om hen heen. Wie wandelt met God, leeft als een kind van God, in kinderlijk vertrouwen, spontaan de wil van God volgend.

Een levenswandel zouden we tegenwoordig misschien eerder identiteit noemen. Maar je identiteit is eerder iets wat vastgelegd is en ingelijst. Een momentopname. Maar een levenswandel is steeds in beweging. Je blijft herkenbaar in alles levensfasen van kind tot grijsaard.
De apostel roept de gelovigen in zijn dagen op trouw te blijven aan de overlevering over een levenswandel die God welgevallig is. De levenswandel die Paulus bedoeld is dus niet één die bij jezelf begint en bij jezelf eindigt zoals Frank Sinatra zingt: I dit it my way. We mogen in vrijheid handelen – het is jouw leven – maar je trekt samen met anderen op die op dezelfde manier leven en elkaar daarin ondersteunen.

Bij jonge ouders die hun kinderen laten dopen en laten opgroeien in de christelijke traditie merk ik altijd een grote behoefte om een gemeenschap om hen en de kinderen heen die herkenbaar is omdat om zo te zeggen er sprake is van een gemeenschappelijke levenswandel.
Op die manier voelen de jonge ouders zicht gesteund in de opvoeding van hun kinderen volgens de christelijke waarden. Helaas zijn ze al snel teleurgesteld als een gemeenschap niet herkenbaar is, en men heel verschillend denkt over de waarden die belangrijk zijn, en vooral als er niet naar geleefd wordt.
Het is echt belangrijk dat jonge gezinnen zich gesteund weten doordat we in de geloofsgemeenschap dezelfde waarden naleven.

Dat kwam ook als een hartenkreet naar voren tijdens de synode over huwelijk en gezin in Rome vorige maand. In de pers leek het wel alsof het daar allen ging over de communie voor gescheidenen die hertrouwd zijn. Een belangrijke kwestie inderdaad. Maar het ging vooral over hoe we als christenen herkenbaar kunnen zijn in ons dagelijks leven en elkaar kunnen steunen als huisgezin van God.
Trouw, solidariteit met zwakkeren, de gemeenschap mee opbouwen waarbij ook hoort deelnemen aan het gemeenschappelijk gebed van de kerk. Bovenal de liefde als hoogste waarde.

met de net gekochte wintermutsen maken de jonge vluchtelingen spontaan het V-teken

met de net gekochte wintermutsen maken de jonge vluchtelingen spontaan het V-teken

Donderdag organiseerde de Parochiële Caritas Instelling PCI een welkom aan vluchtelingen in Leidsche Rijn. Vijfentwintig recente aangekomen vluchtelingen, meest gezinnen, mochten inkopen doen, winterkleding, buggy’s o.a.. Daarna werd een maaltijd gehouden in eetgelegenheid Hoge Weide aan het Ab Harrewijnplein. Het pastorale team was ook uitgenodigd.
Liefde en barmhartigheid als de meest wezenlijke uiting van de liefde werden zo ontroerend bevestigd.

In deze Advents en sinterklaastijd denken we allemaal weer terug aan onze kindertijd. We herinneren ons wat op ons als kinderen in het gezin het meest geraakt heeft, wat ons is bij gebleven en wat ons gevormd heeft. We kunnen dus allemaal uit ervaring spreken.
Daarom spreekt het vanzelf dat we in deze Adventstijd nadenken en spreken over hoe we juist met het oog op de kinderen en de jongeren herkenbaar zijn als gemeenschap door ons levenswandel.
Zijn we ons bewust dat we door onze levenswandel levende getuigen van het Evangelie zijn. In de eucharistie luisteren we eerbiedig naar het Evangelie, maar in het dagelijks leven mogen we het voor elkaar en met elkaar uitbeelden. Daar staat of valt de kerk en de geloofsgemeenschap mee. Of we dat echt en met plezier doen.
Dan zijn we tot zegen van elkaar in de geloofsgemeenschap, ook voor de kinderen die daar door geraakt en gestimuleerd worden, en Jezus daardoor leren kennen. Dan zijn we ook tot zegen van de wereld om ons heen. We weten omdat we zelf deel uit maken van die wereld, dat angst en onzekerheid om zich heen grijpen. We zien ook hoe aantrekkelijk cynisme of onverschilligheid als levenshouding worden. Of onbeschaamd egoisme.

Lukas, de evangelist, verhaalt ons de woorden van de Heer die spreekt over  wereld gebeurtenissen die leiden tot angst en radeloosheid. Maar Jezus zegt: laat je niet meeslepen: richt je op en hef je hoofd omhoog want uw heil is nabij.
Waar de wereld alleen maar tekenen ziet van verval en einde, zien wij als gelovigen niet het absolute einde, maar doorbraak van Gods koninkrijk.
We mogen daar zelf aan meedoen door onze levenswandel. We mogen hier en nu al beeld zijn van het rijk dat komt door onze liefde voor God, door als zijn kinderen te leven met elkaar en onze medemensen. Door vertrouwen en vreugde.
Laten we dat doen. Van ons leven een levenswandel maken en samen op wandelen. God wandelt dan met ons mee.
Zullen we de redactie van de Taalstraat vragen binnenkort het woordje “levenswandel” in de uitzending een plekje te geven? Is er iemand die dat wil doen? Amen

(c) Martin Los, pr

Homilie op het feest van Christus Koning 21/22 november 2015 Mariakerk De Meern

Voorgeschreven schriftlezingen voor dit Feest uit het universele lectionarium van de r.k. kerk voor Zon- en Feestdagen: 1e lezing Daniel 7:13-14; Openbaring van Johannes 1:5-8; Evangelie: Johannes 18:33b-37

Lieve broeders en zusters, velen hebben het gevoel dat we de controle een beetje aan het kwijt raken zijn over de gang van zaken in onze wereld. Ook de politieke leiders geven eerlijk toe dat zij niet goed weten hoe het moet met de stroom vluchtelingen die aan de deur van onze maatschappij klopt. Hoe kan er een eind komen aan de burgeroorlogen in de landen om Europa heen, die de oorzaak zijn van de stroom vluchtelingen?
Bovendien worden we geconfronteerd met terrorisme dichter bij huis dat enorme angst bij velen veroorzaakt. Dat is precies de bedoeling van terreur.

In zo’n klimaat hoor je velen verlangen naar sterke leiders die vertrouwen inboezemen en die met kant en klare oplossingen komen. Alsof die er zijn.

En alsof de huidige politieke leiders niet geschikt zijn voor hun taak ómdat zij ook niet alles weten en kunnen.
Misschien moeten we wel meer leren leven met onzekerheid. Dan moeten we aanvaarden dat de wereld niet altijd zo maakbaar is als we dachten.
Je kunt die onzekerheid zien als lastig – en dat is het ook – en zwak. Maar je kunt er ook op een positievere manier naar kijken.
Want uit die onzekerheid spreekt misschien wel een diepe menselijke behoefte. Behoefte aan een diepere zekerheid die de mensen nog niet kennen. Misschien is die onzekerheid in wezen wel verlangen naar een vaste grond die niet samenvalt met onze wereld, maar die absoluut betrouwbaar is: God.
En zou Jezus Christus niet voor vele zoekende mensen de leider kunnen zijn die zijn volk en daardoor de mensheid leidt door crises heen, zelfs door die van dood en ondergang?

We staan vandaag stil bij het koningschap van onze Heer, Jezus Christus. De vraag rijst:  wat is eigenlijk een echte koning?
Wat maakt Jezus tot Koning van Gods volk en tot koning van het heelal?
“Mijn koningschap is niet van deze wereld” antwoordt Jezus op de vraag van Pilatus wat hij misdaan heeft, dat de Joden hem hebben overgeleverd aan het Romeinse gezag.
In de wereld zijn kenmerken van geslaagd koningschap:  uitoefening van macht, om de wet te handhaven. Verder bevestiging van de eenheid onder het volk zodat het in vrede leeft.  En visionair leiderschap want wie een hoge positie bekleedt wordt geacht vooruit te kunnen kijken.
Macht oefent koning Jezus niet uit, tenminste niet in de zin van geweld: “Zou mijn koningschap van deze wereld zijn, dan zouden mijn dienaars er wel voor gestreden hebben dat ik niet aan de Joden werd uitgeleverd”.
Maar toch staat het koningschap van Jezus wel degelijk voor macht: namelijk om het kwade en de dood te overwinnen. Dat is de hoogste macht waartoe geen nadere macht in staat is.
barmhartigheidikoonHet koningschap van Jezus verenigt ook mensen: “Al wie uit de waarheid is, luistert naar mijn stem”.
We herinneren ons hier de woorden van Jezus die zegt: “Ik ben de Goede herder. De schapen luisteren naar mijn stem en ze volgen mij”.  Hij sluit niemand buiten.
Maar wat Jezus’ koningschap ook kenmerkt, is zijn visie. En die visie is de waarheid: “Hiertoe ben ik in de wereld gekomen om getuigenis af te leggen van de waarheid” zegt hij.
Jezus is de ware koning omdat hij de waarheid verkondigt. Hier tegenover de aardse rechter, Pilatus, die geen kwaad in hem kan vinden. Deze waarheid wil Jezus met heel de wereld delen.

Wat is dan die waarheid? Dat God liefde is en barmhartigheid.
Daar staat deze koning voor met zijn eigen leven. Op die wijze regeert hij. De troon van koning Jezus is zijn kruis. Het kruis onthult de goddelijke waarheid.
En allen die in hem geloven, uit alle volken en talen, zijn het volk dat hij leidt.
Hij nodigt ons uit de kijken met zijn ogen om te leven in het licht van de waarheid

Zij die in Jezus als koning geloven, zijn niet volmaakte mensen die geen barmhartigheid nodig hebben. Het zijn de mensen die zich bewust zijn van hun tekorten.
Zelfs degenen die Christus gekruisigd hebben,  bevinden zich onder hen.
Gods barmhartigheid is groter dan de grote vergissing die zij begaan hebben dat ze Gods Zoon gedood hebben.

Dat Gods barmhartigheid het laatste woord heeft, is dát niet de boodschap waaraan onze wereld behoefte heeft.
Is dat niet de zekerheid waar de mensheid naar snakt?
In een wereld vol geweld en terreur lijkt barmhartigheid verder weg dan ooit. “Barmhartigheid daar komen we niet ver mee”, zullen velen spontaan zeggen.
En inderdaad de boodschap van barmhartigheid is niet bedoeld om terreur te dulden of welke vorm van geweld tegen mensen ook. Het is de taak van de overheden om ertegen op te treden en de bevolking te beschermen.
Maar barmhartigheid is wel het antwoord op de verharding in de maatschappij, tussen groepen en personen, mede misschien als gevolg van angst en argwaan. Barmhartigheid is ook het antwoord op de steeds hogere eisen die aan mensen in de maatschappij worden gesteld. Kun je niet internetten of appen dan heb je een probleem.
Als productie en winsten het enige zijn dat telt in bedrijven, is dat ook een vorm van onbarmhartigheid.
En als we geen rekening houden met mensen met een gebrek, als er geen plaats meer is in onze samenleving voor mensen met een gebrek of een geboorteafwijking, is dat dat ook een vorm van harteloosheid.
En als we geen tijd en aandacht meer hebben voor onze ouderen – om te beginnen onze eigen ouders – dan is dat ook een vorm van hardheid die we alleen niet meer zo ervaren omdat we er al aan gewend zijn.
Naast terreur en geweld zijn er vele vormen van hardheid. We merken het soms niet meer omdat we er zo aan gewend zijn geraakt.

Snakken we niet als mensen, ieder in onze eigen situatie naar barmhartigheid? Barmhartigheid vanwege onze tekorten, barmhartigheid vanwege onze fouten, barmhartigheid vanwege onze kwetsbaarheid, barmhartigheid vanwege onze behoefte aan liefde en vriendschap?

Christus Koning laat ons delen in de waarheid waar hij voor staat. De enige waarheid die telt: dat God barmhartig is, en dat wij uitgenodigd worden om zijn barmhartigheid te omarmen en ook zelf barmhartig te zijn naar anderen.

Paus Franciscus heeft 2016 uitgeroepen tot jubeljaar, het Jaar van de Barmhartigheid. Dezer dagen wordt het startsein gegeven in de hele wereld. In de Sint Pieter, maar ook in elk bisdom, worden heilige deuren geopend.
Mensen worden uitgenodigd door die deur te gaan om de ruimte van Gods liefde en barmhartigheid binnen te gaan. Christus is de deur waardoor de schapen binnengaan.

Ook wij zullen in onze parochie aandacht schenken aan dit jaar van de Barmhartigheid. En suggestie van uw kant zijn van harte welkom.
Laten we luisteren naar de stem van de Herder. Wij zijn zijn volk als we luisteren naar hem.
Hij kijkt ons aan in ons hart en hij laat ons met zijn ogen kijken naar een nieuwe wereld. Kom ga mee, geef ieder een hand. Samen bouwen aan een nieuw land. Het rijk van God ligt diep in ons hart. Vandaag begint een nieuwe start.
Amen

(c) Pastoor Martin Los