Preek op de 5e zondag weekend 27 en 28 januari 2018 Mariakerk en Willibrordkerk
‘Hij geeft bevel aan de boze geesten en zij gehoorzamen hem’ *)
De vraag is altijd of we iets van onszelf herkennen in het Evangelie dat we zo-even gehoord hebben.
We willen weten wat het voor ons betekent. Kan het gevolgen hebben voor onszelf? Kan het ons tot andere mensen maken, betere mensen, mensen die we graag zouden willen zijn?
We horen dat de bezoekers van de synagoge buiten zichzelf van verbazing zijn als ze Jezus horen spreken. Het raakt hen wat hij zegt. ‘wat gebeurt hier?’ zeggen ze tegen elkaar: “een nieuwe leer met gezag’.
Tot dan toe hadden de kerkgangers altijd preken aangehoord van Schriftgeleerden die de bijbel uitlegden en die zich daarbij uitdrukkelijk beriepen op hun voorgangers. Want wie namens God spreekt, mag natuurlijk nooit doen alsof hijzelf God is. Je maakt deel uit van een traditie. Nu staat hier ineens een zoon van een timmerman die niet doorgeeft wat hij van anderen heeft gehoord. Hij legt de Schrift uit alsof ze God zelf direct tot hen horen spreken. Waarheid en liefde in één persoon verenigd.
Je zou verwachten dat dan een enorme rust en vrede neerdaalt over alle aanwezigen. Dat iedereen er voor gaat zitten en niemand één woord wil missen. Maar op dat moment breekt de hel los. Iemand roept: “Jezus van Nazareth, wat heb je met ons te maken? U bent gekomen om ons in het verderf te storten!”
Markus vertelt dat die man in de macht van een onreine geest was. Hij bedoelt niet dat iedereen dacht: “oh daar heb je die verwarde man ook. Zou hij zich stil houden vandaag?” Nee, toen Jezus aan het woord was, riep dat niet allen bewondering op, maar ook een plotselinge vijandige reactie op. Misschien tot schrik en verbazing van die mens zelf.
Het is naïef om te denken: “Ah, iemand spreekt hele goede wijze woorden, hier spreekt de Heer zelf, nu breekt het licht door”. Er is heel wat weerstand tegen alles wat zuiver, mooi en goed is. De hele wereld toont dat aan. Het is absoluut geen hemel op aarde. En ook ons eigen leven is niet allemaal rozengeur en maneschijn. Kwaad maakt jammer genoeg deel uit van ons leven. En als gevolg daarvan lijden vele mensen op de één of andere manier.
In de wereld, in déze – onze – wereld spreekt Jezus, bedoelt het Evangelie. Hij komt zomaar ons eigen leven binnen. Ons eigen leven met zijn nare, soms traumatische ervaringen, met zijn pijnlijk herinneringen aan wat anderen ons hebben aangedaan, of wat we zelf anderen misdaan hebben. Al de dingen waar we ons voor schamen. Ineens dringt het woord van Jezus tot ons door. Zijn licht valt ons leven binnen.
Is dan onze eerste reactie: “Dank u, Jezus. Wat fijn!”? Gaan niet veel eerder onze stekels overeind staan. Denken we niet: “U hebt mooi praten Jezus, maar u denkt toch niet dat u zomaar die puinhoop die mijn leven is, kunt wegnemen als sneeuw voor de zon? U wilt toch niet zeggen dat de zware last die ik mee tors, niks voorstelt, want één knip met u vingers en het is allemaal weg. Ben ik dan zo’n idioot geweest dat ik daar zelf geen stokje voor gestoken heb? Ha, u zegt dat u ons komt genezen. Nou vergeet het maar. U komt ons voor de gek houden. En U confronteert ons zo met het slechte in ons, dat er niets van ons over blijft”. “U bent gekomen om ons in het verderf te storten”.
En zou de wereld niet zeggen: “Er is zoveel ellende en kwaad, er is zoveel geleden. Zie ons eens ploeteren om er iets van te maken. En al die politieke stromingen die links en rechts gerechtigheid en vrede beloven, bestrijden elkaar op een manier waarop je je hart vasthoudt. Waar loopt dat op uit als dit zo doorgaat? Het idee dat er echt een medicijn voor is, de belofte dat er een uitweg is, is een belediging van onze wereld”.
Zijn er bij onszelf niet zulke momenten waarop we Jezus voor de voeten zouden willen werpen, dat hij niets van onze ellende begrijpt? Dat we weerstand voelen tegenover het Evangelie? Dat – al is het maar voor een seconde – allemaal beelden door ons hoofd gaan van ondergang en chaos. Alsof we aangesloten worden op een duisternis zonder einde?
Dat is die onreine geest waarover het Evangelie spreekt. Plotseling steekt die de kop op.
“Zwijg stil en ga uit hem weg” beval de Heer hem. Jezus is niet alleen gekomen om ons met groot enthousiasme te vervullen voor zijn boodschap en zijn persoon. Het is mooi als we daarnaar verlangen en dat ervaren. Dat hij ons betere mensen kan maken die weer geloven in de zin van het leven. Mensen die weer geloven in God die liefde en goedheid is, die ons het leven gegeven heeft, en die ons bijstaat als zijn kinderen door de heilige Geest.
Maar we moeten ook realistisch zijn. Er zit in onszelf en in deze wereld nog veel schaamte en verzet tegen het liefdevolle plan van God met ons en deze wereld.
Dat kan zomaar de kop opsteken, als we ons daar niet van bewust zijn, juist wanneer we het niet verwachten. We mogen als gelovigen echt vol goede moed zijn, maar we moeten niet naïef zijn.
Willen we echt betere mensen zijn die geloven in een betere wereld, de wereld van God, dan brengt dat ook inspanning met zich mee. Het vraagt om eerlijkheid over de negatieve invloeden in ons. We moeten het vuil niet onder het vloerkleed vegen alsof het er nooit geweest is. We hoeven het voor God niet te verstoppen. We hoeven niet bang te zijn dat er tegenover hem niets van ons over blijft. Hij wil ons in zijn liefde juist laten stralen als Gods kinderen. Mensen die deze wereld een beetje beter maken. Gelukkig, staan we er niet alleen voor. Het woord van onze Heer is machtig. Het is vol inzicht en liefde. Het kan alle tegenstemmen tot zwijgen brengen. Ook nu. Amen
Pastoor Martin Los
*) Evangelie voor deze zondag volgens het r.k. lezingenrooster: Markus 1:21-28
Afbeelding: diaken houdt het Evangelieboek omhoog terwijl Allelujah gezongen wordt