Preek op de 4e zondag door het jaar 28 januari 2024 Tiel
Het is zonder meer één van de meest moeilijk te verdragen zaken dat mensen zoals wijzelf, medemensen, die geestelijk in de war zijn, niet een normaal leven kunnen leiden en dat wij, medemensen, daar niets aan kunnen doen – ook zijzelf niet – en machteloos staan. Het is al heel wat dat we in onze tijd en in ons deel van de wereld “verwarde personen” niet meer zien als van de duivel bezeten zoals in de tijd van Jezus.
Tegenwoordig ligt alle nadruk in de omgang met mensen die zichzelf niet zijn, erop dat wij hen als mens blijven zien. Medemens. En dat wij daar ook naar handelen door hen niet buiten te sluiten, maar respectvol en rechtvaardig te behandelen. Wij mogen het dan soms moeilijk met hen hebben in de omgang. Maar zij hebben het vele malen zwaarder. En ook al kunnen we hen niet altijd volgen, we kunnen hen wel met medegevoel omgeven.
De mensen in de tijd van Jezus geloofden dat iemand die zich verward en abnormaal gedroeg het slachtoffer was van een boze geest. Men kon zo iemand proberen te bezweren met allerlei bizarre rituelen, maar dat maakte de geesteszieke vaak nog angstiger en verwarder. Menselijkerwijs gesproken was er geen kruid tegen gewassen.
De gebeurtenis in de synagoge van Kafarnaum is daarom heel spannend voor iedereen 1).
Onder de aanwezigen in de grote synagoge van die plaats blijkt een geesteszieke te zijn. Als Jezus in dat huis van gebed zijn leer van het koninkrijk van God heeft verkondigd is iedereen diep onder de indruk. Wat Jezus zei en de manier waarop was zo nieuw en zo bijzonder en zo verkwikkend, iedereen was geraakt op een manier die alleen een God kon doen. Was hier niet de nieuwe Mozes die tot hen sprak?2)
De geesteszieke man kan zijn gevoelens niet verbergen zoals de andere aanwezigen die, ook diep onder de indruk, zich toch een beetje in de plooi houden en zich normaal gedragen. Hij roept:” Jezus van Nazareth wat hebt Gij met ons te maken? Gij zijt gekomen om ons in het verderf te storten. Ik weet wie Gij zijt, de Heilige Gods”. Dit is heel spannend. De man spreekt in het meervoud “Gij zijt gekomen om óns in het verderf te storten”.
Wie zijn die ons? Álle aanwezige mensen? Ja, als Jezus echt van God komt, wie is dan bestand tegenover hem. Hebben dan alle mensen niet alle reden om te vrezen. Als God zich openbaart, wie kan dan nog bestaan, onvolmaakte, schamele, onreine mensen die wij zijn? Wie is van God uit gezien eigenlijk ‘normaal’. Is niet aan ieder van ons een steekje los als het erop aan komt”.
En wat denken de andere mensen. De gewone mensen. De normale mensen? Kijk, daar krijgt nou juist wel een duiveltje zijn kans, want inderdaad een normaal mens zal blij zijn als hij ziet dat een verwarde mens weer gezond en vrijuit kan leven en over zichzelf kan beschikken. “Zwijg stil, en ga uit hem weg”. Sprak Jezus heel kalm. Net als een paar hoofdstukken verder in het Evangelie van Marcus tijdens de storm op het meer tegen de wind en de golven spreekt: Zwijg stil” Maar ons, zogenaamde normale mensen, fluistert een duiveltje in: “die Jezus heeft macht over onreine geesten, dus is hij de baas van hen. Ze gehoorzamen hem, omdat hij hun overste is”. Zo waren de mensen niet alleen onder de indruk van Jezus’ verkondiging, er vormde zich onder hen ook de opinie dat die Jezus niet pluis was. Vanaf het begin van Jezus optreden vindt een scheiding der geesten plaats: aan de ene kant allen die in hem geloven als de Verlosser, die profeet die van Godswege in de wereld gekomen is, “de Heilige van God” zoals de verwarde mens haarfijn aanvoelt. En aan de andere kant degenen die argwanend en afwijzend zijn, die in hem een werktuig van de duivel zien. Want “wie kan nu, anders dan wat geen één mens kan dan alleen God: een mens bevrijden uit de gevangenis van verwarring en miscommunicatie en aan zichzelf terug geven?” is de gedachte waarin argwaan de kop opsteekt.
De naam van Jezus is in staat om mensen te veranderen van gekwelde mensen in vrije mensen. Zijn aanwezigheid in onze wereld en in ons leven als de levende Heer is heilzaam en vertroostend. Maar hij is door zijn Geest werkzaam onder ons, zonder ophef en dikdoenerij, zonder bezweringsformules en rituelen. Hij nodigt ons door zijn woord uit om hem na te volgen in de aandacht voor onze verwarde medemensen. Ze zijn extra kwetsbaar. Ze worden gemakkelijk miskend en overgeslagen. Er wordt vele malen meer over hen dan met hen gesproken wat alleen al genoeg is om helemaal in de war te raken. Een samenleving waarin geen plaats is voor verwarde en verwarrende mensen, is zelf verward en verwarrend. Niet normaal maar abnormaal. Laat ons als kerken en geloofsgemeenschappen plekken zijn waar ook mensen tot hun recht komen die zich niet goed uit kunnen drukken. Tijd en geduld en bescheidenheid zullen ons in hun ogen tot echte medemensen maken. Zo mogen we Jezus ook ontmoeten in de ogen van de door geestesziekte geschonden ander. En schok van herkenning. Een kreet van bevrijding. Een zucht van verlichting. Een blijvende verwondering. Amen
Martin Los
Schriftlezingen in de Mis van de 4e reguliere zondag door het jaar:
1) Evangelielezing: Marcus 1: 21=28
2) eerste lezing: Deuteronomium 18:15-20
Foto: Ruïne van de synagoge in Kafarnaum
Maandelijks archief: januari 2024
Beneficial encounter in the community
Sermon on the 4th Sunday of the year. January 28, 2024 Tiel
It is certainly one of the most difficult things to bear that people like ourselves, fellow human beings, are mentally confused, cannot lead a normal life and that we, fellow human beings, cannot do anything about it – not even they themselves – and are powerless . It is quite something that in our time and in our part of the world we no longer see “confused persons” as possessed by the devil as in the time of Jesus. Nowadays, when dealing with people who are not themselves, all the emphasis is on continuing to see them as human beings. Fellow man. And that we also act accordingly by not excluding them, but treating them respectfully and fairly. We may sometimes have a hard time with them. But they have it much harder. And even though we cannot always follow them, we can surround them with compassion, and love them like ourselves.
The people of Jesus’ day believed that anyone who behaved abnormally was the victim of an evil spirit, or of the devil himself 1). One could try to exorcise such a person with all kinds of bizarre rituals, but that often makes the mentally ill even more anxious and confused. Humanly speaking, there was no way to prevent it. The event in the synagogue of Capernaum is therefore very exciting for everyone. There appears to be a mentally ill person among those present in the large synagogue of that place. When Jesus proclaimed his doctrine of the kingdom of God in that house of prayer, everyone was deeply impressed. What Jesus said and the way he said it was so new and so special and so refreshing, everyone was touched in a way that only a God could do. Wasn’t the new Moses here speaking to them?2) The confused man cannot hide his feelings like the other attendees who, even deeply impressed, keep a low profile and behave normally. He shouts: “Jesus of Nazareth, what have you got to do with us? You have come to destroy us. I know who You are, the Holy One of God.” This is very exciting. The man speaks in the plural: “You have come to ruin us.” Who are these us? All the people present? Yes, if Jesus really comes from God, who can stand up to him? Have not all men every reason to fear? If God reveals Himself, who can exist, imperfect, shallow,, unclean people that we are? Who is actually ‘normal’ from God’s point of view? Isn’t each of us at a loss when it comes down to it? And what do the other people think. The ordinary people. The normal people?
See, that’s where a little devil gets his chance, because indeed a normal person will be happy when he sees that a confused person can live healthy and freely again and can dispose of himself. “Be silent, and come away from him.” Jesus spoke very calmly. But to us, so-called normal people, a little devil whispers to us: “This Jesus has power over unclean spirits, so he is their boss. They obey him because he is their superior.” People were not only impressed by Jesus’ proclamation, but there was also an opinion among them that there was something wrong wit Jezus himself. From the beginning of Jesus’ ministry, a separation of spirits takes place: on the one hand all those who believe in him as the Savior, that prophet who came into the world from God, and on the other hand those who are suspicious and rejecting, who see him as an instrument of the devil. “For who can do anything other than what no human being can do: free a human being from the prison of confusion and miscommunication and give him back to himself?”
The name of Jesus is able to change people from tormented people to free people. His presence in our world and in our lives as the living Lord is beneficial and comforting. But he works among us through his Spirit, without fuss and boasting, without incantations and rituals. He invites us through his word to imitate him in paying attention to our confused fellow human beings. They are extra vulnerable. They are easily misunderstood and overlooked. There is much more talk about them than with them, which alone is enough to get completely confused. A society that has no place for confused and confusing people is itself confused and confusing. Not normal but abnormal. Let us as churches and religious communities be places where people who cannot express themselves well can also come into their own. Time and patience and modesty will make us true fellow human beings in their eyes. In this way we may also encounter Jesus in the eyes of the other person damaged by mental illness. And shock of recognition. A cry of liberation. A sigh of relief. A lasting wonder. Amen
Martin Los
lessons of the eucharist of this fourth regular Sunday:
Gospel:
1) Gospel: Markus 1:12-28
2) First reading: Deuteronomy 18:15-20
Foto: Ruine van de synagoge in Kapernaum