Dienaar voor allen en altijd

Preek op Witte Donderdag 2020 tijdens de coronacrisis zonder volk in de kerk maar wel online te volgen (video kerkuitzendinggemist.nl

Broeders en zusters, wat een vreemd Paasfeest dit jaar. De kerk is gesloten op het haar hoogfeest. Alleen via de videobeelden kunt u de viering op afstand meemaken. Dankzij kordaat optreden van het parochiebestuur. Dit Pasen zal ons nog lang heugen.
Vanavond gedenken we de instelling van de eucharistie door Jezus. Hij brak het brood en deelde het uit onder zijn leerlingen met de woorden: “Dit is mijn lichaam dat voor u gegeven wordt” 1). Maar vanavond kunt u niet communie ontvangen vanwege de afstand van  anderhalve meter die ons sociale leven, ook in de kerk, bepaalt. En terecht want we moeten elkaar beschermen. Zodoende kan in de eucharistie alleen de priester de communie ontvangen. Wat is het vreemd dat ik als priester nu niet mag uitdelen wat ik zelf heb ontvangen. Het is zeker geen privilege van de priester dat hij wel de communie mag ontvangen en u allen niet.  De Heer zelf heeft zijn kerk opgedragen het offer dat hij gebracht heeft voor de zonden van de wereld te gedenken. Ook onder moeilijke omstandigheden, bijvoorbeeld wanneer de kerk vervolgd wordt en niet vrijuit haar geloof mag belijden en vieren.

Trouwens het eerste Paasmaal dat gevierd werd door de Israëlieten in Egypte gebeurde ook niet onder normale omstandigheden. Men moest klaar staan voor vertrek de vrijheid tegemoet 2). “Dit is de wijze waarop ge het lam moet eten: uw lendenen omgord” dat wil zeggen uw kleed opgetrokken zodat het u niet in de weg zit bij het lopen, “uw voeten geschoeid” dat wil zeggen: je moet je niet bezeren aan scherpe stenen zodat je niet verder kunt, “een stok in de hand” om ongedierte weg te jagen. “Haastig moet ge eten”. Allesbehalve een rustige, vredige en meditatieve sfeer.
Maar ook het Pasen van de Heer zelf was verre van vredig en kalm en feestelijk. De menigte in Jeruzalem was te hoop gelopen uit sensatie. Kreten “kruisigt hem’. Hamerslagen die Jezus’ lichaam aan het kruis sloegen. Tenslotte de bespottingen aan de voet van het kruis. En de doodskreet: “Mijn God, mijn God waarom hebt Gij mij verlaten?“
Wij zijn gewend om met grote eerbied en een mooie liturgie de eucharistie te vieren als het offer dat Christus als het Lam Gods voor de wereld gebracht heeft. Het is prachtig en stichtend als dat kan. Maar laten we niet vergeten dat de kerk deel uit maakt van de wereld waarin we leven. Laten we niet vergeten de vluchtelingenkampen, de oorlogsgebieden, de tallozen die kampen met honger, met armoede. Vandaag 75 jaar geleden werd de Duitse theoloog Dietrich Bonhoeffer door de nazibeulen geëxecuteerd. Vanwege zijn verzet tegen de nationaal socialistische ideologie. Van hem is de uitspraak dat je geen prachtige gregoriaanse gezangen kunt zingen in de kerk als je niets doet tegen de terreur van de nazi’s. De eucharistie is niet bedoeld als een vlucht uit de wereld. Niet als een verdovingsmiddel tegen de schaduwzijden van de werkelijkheid die alleen maar leegte oplevert zoals drugs. Het offer dat Christus gebracht heeft – en dat wij in deze eucharistie vieren – is om de wereld hóóp te geven, om ons als mensen terug te brengen bij God.
Daarom is het geen ramp als de eucharistie een keer onder minder feestelijke omstandigheden gevierd moet worden. Het herinnert ons aan de oorsprong van de eucharistie. Die werd gehouden in een sfeer van angst en verdriet en onzekerheid, van verraad en verloochening zelfs.
Pasen is ook gevierd in tijden oorlog, in concentratiekampen, verborgen voor de vijand. Soms door priester alleen in hun dodencel.
Maar laten we ook de velen niet vergeten die door ziekte of dementie de communie ontberen. Dan gaan we toch op zondag als geloofsgemeenschap ter de communie. We zeggen niet: het kan niet door gaan want niet iedereen is er. Juist voor hen dragen we de eucharistie op.
In een tijd van eucharistische vasten en schaarste kan onze honger naar het levende brood enorm toenemen. Ze kan zorgen voor een herleving van geloof en kerk en van liefde tot Christus.

De Israëlieten moesten de deurposten van hun huizen met het bloed van het lam bestrijken. Teken dat ze geloofden in God. Ze schuilden als het ware onder het bloed van het lam. De engel des doods ging aan de huizen voorbij waarop het bloed was gesmeerd. In deze tijd leven veel mensen in angst en onzekerheid vanwege het coronavirus. De kwetsbare mensen, zieken en ouderen, houden hun hart vast en hopen dat de ziekte die een ware engel des doods kan zijn, aan hun deur voorbij gaat. Laten we niet bang zijn. Laten we moed houden. Niet omdat we immuun zijn door ons geloof. Maar omdat we als christenen mogen verkondigen dat de dood niet het laatste woord heeft over ons leven en deze wereld. We zijn bevrijd van dat leven zonder uitzicht. Leven is meer dan geboren worden en sterven. God omgeeft ons leven met zijn liefde. Hij voedt ons met het levende Brood uit de hemel. Hij bevrijdt ons uit de macht van de zonde en de dood.
Jezus is het Lam Gods dat wegneemt de zonden der wereld. Hij is Gods liefde ten voeten uit. Laten we niet angstig zijn en niet zelfzuchtig, maar elkaar helpen, bemoedigen en bijstaan waar we kunnen. Jezus heeft zichzelf tot slaaf van ons allen gemaakt. De meester die ons de voeten wast 3) En ons de opdracht gegeven ook elkaars dienstknechten te zijn. Dat is de maaltijd van Gods liefde waartoe we geroepen zijn. Een les dienstbaarheid en liefde en vreugde. De communie moeten we misschien nog even missen, maar de dienst van de liefde kunnen we meteen beginnen. Amen

Martin Los

Schriftlezigen volgens het R.K lectionarium voor zon- en feestdagen
eerste lezing: Exodus 12:1-8, 11-14 Uittocht 2)
tweede lezing: I Corinthiërs 11:23-26 Traditie eucharistie 1)
Evangelie: Johannes 13:1-5 Voetwassing 3)


wij hebben zijn ster gezien

Preek op het Hoogfeest van de Openbaring van de Heer (Driekoningen) op zaterdag en zondag 4 en 5 januari 2020 in de Willibordkerk en Mariakerk

“Zij haalden hun schatten tevoorschijn en boden het geschenken aan” 1)
Lieve zusters en broeders, we zijn het nieuwe jaar begonnen met veel geknal – teveel naar het oordeel van meer dan de helft van de bevolking gezien de impact op mens en dier en milieu -Maar nu de mist van de jaarwisseling is opgetrokken opent zich daarachter een wereld van wapengekletter en oorlogsdreiging. Als wereldburgers voelen we ons machteloos tegenover de machthebbers en hun politiek die de vrede en het welzijn van gewone mensen in gevaar lijkt te brengen.
Het is opvallend dat in de beide kerstevangelieën nadrukkelijk ook de machthebbers ten tijde van Jezus geboorte genoemd worden. “Het geschiede in die dagen dat een bevel uitging van Keizer Augustus dat heel het volk geteld moest worden” horen we bij Lukas. En vandaag bij Mattheus speelt koning Herodes een belangrijke rol.
Maar in beide gevallen blijken die hoofdrolspelers in de wereld van toen, keizer Augustus en koning Herodes, slechts een bijrol te vervullen als het gaat om de komst van Christus, de geboorte van Jezus. Ze werken ongewild mee aan de vervulling van de profetieën. Augustus door zijn volkstelling die maakte dat Jezus in Bethlehem geboren werd, en Herodes die de wijzen de weg wees naar Bethlehem, onder valse voorwendsels. Dat wel. Maar zelfs daar wordt een stokje voor gestoken.
Dat in de geboorteverhalen van Jezus de machthebbers in het groot en in het klein genoemd worden, maar dan als figuranten, is geen toeval. Van meet af aan moeten we begrijpen dat het koninkrijk van God dat met Jezus in de wereld gekomen is, van een andere orde is van de staatsmacht en de wereldpolitiek. Het is niet alleen onvergelijkbaar, het is ook onstuitbaar.
Terwijl de machthebbers in vergetelheid raken, gaat Jezus Christus door om mensen te winnen voor zijn koninkrijk. Waar andere naties en politieke constellaties voorbij gaan, is het rijk van God komende. Het is sinds de komst van Christus onder ons in deze wereld, maar het is nog steeds niet volledig openbaar.
Waarom is het nog niet volledig openbaar? Waarom is het nog geen hemel op aarde? Omdat wijzelf daaraan mogen meewerken. Het rijk van God is niet als iets waar je als toeschouwers op de tribune naar kunt kijken. Het gaat dwars door onszelf heen. Onze worsteling, onze pijn, onze inzet voor een barmhartige en rechtvaardige wereld. En hoe meer we zelf het Evangelie ter harte nemen en echt in praktijk brengen, hoe meer we zelf vervuld zullen raken van de komst van Gods koninkrijk en van de waarheid dat Christus het licht der wereld is. Belangrijk is dat we midden in de wereld staan, en dat we bewogen zijn met de wereld in zoverre ze lijdt, en ons verzetten tegen het kwade. Maar we moeten ons niet in verwarring laten brengen door de machten om ons heen, of ze nu Augustus en Herodes heten of de namen die de nieuwsberichten in onze tijd beheersen.
Zij kunnen het goede nieuws van Christus komst in de wereld niet naar de achtergrond verdrijven. Het zal hén steeds naar de achtergrond dringen. Niets kan de hoop die in ons is doordat we geraakt zijn door de liefde van God in Jezus Christus teniet doen. Ze wordt alleen maar sterker. Ook ons vertrouwen dat Christus doorwerkt in onze wereld door de verkondiging van het Evangelie.
Ook in door zijn kerk in deze wereld in de harten van mensen.
“Sta op, laat het licht u beschijnen, Jeruzalem, want de Zon gaat over u op en de glorie van de Heer begint over u te schijnen”. 2) We moeten de moed niet verliezen. Ook niet nu kerk en christendom in ons deel van de wereld een minderheid zijn geworden, in Nederland vooral. Onze geloofsgemeenschap heeft juist nu uw gebed en uw steun nodig. Als we opkomen voor de menselijke waarden van het Evangelie in onze eigen situatie treden we in het licht van Christus dat ons overstraalt. Het is heerlijk en gezond om in het echte licht te leven, maar als we dat doen raakt dat ook onze omgeving, onze samenleving. Het haalt het goede in mensen boven. “Volkeren komen af op uw licht, koningen op de luister van uw dageraad”. Dat is de profetie van Jesaja die nog  niets van zijn belofte heeft verloren. We zien de vervulling van die profetie in het verhaal van de drie wijzen uit het Oosten. Ze hadden een ster gezien en brachten hun schatten mee voor het Kind in Bethlehem. Dat Kind is Emmanuel, God-met-ons. We mogen Hem zelf eren met ons leven door de navolging in het dagelijks leven. We mogen zijn tegenwoordigheid vieren in het eucharistisch offer als geloofsgemeenschap,  om weer gesterkt de wereld in te gaan. We mogen vol verwachting uitzien naar Christus aanwezigheid in de wereld door vredestichters, door mensen die oog hebben voor de zwakkeren, door eerlijke en rechtvaardige mensen.
Hoe meer we onszelf toewijden aan het Evangelie en hoe meer we ons inzetten voor een menswaardig bestaan hoe meer we zullen zien van Christus overwinning op het kwade, en van de komst van zijn koninkrijk. Laten we daarom vol hoop en vol vreugde en verwachting aan dit nieuwe jaar beginnen samen met heel de geloofsgemeenschap en de kerk
“Zij haalden hun schatten tevoorschijn en boden het kind geschenken aan”. Dat is het verhaal van God’s rijk, het verhaal van God met de mensen. Door alle tijden heen. Ook anno domini 2020. Wat er ook gebeurt. Amen

pastoor Martin Los

Schriftlezingen tijdens de eucharistie op dit feest:
1e lezing: Jesaja 60:1-6 2)
Evangelie: Mattheus 2:1-12 1)