Wijzen van alle tijden en plaatsen

Preek op het feest van de Openbaring van de Heer 7 januari 2024 St. Nicolaaskerk Odijk

We vieren vandaag het feest van de Openbaring van de Heer. In het Grieks Epifanie. We vieren hoe het licht van Christus oplicht voor het oog van de hele wereld. En mensen overal en altijd in beweging brengt.
De Openbaring van de Heer valt altijd twaalf dagen na Kerstmis op 6 januari. Voor de oosters-orthodoxe christenen in Rusland, Bulgarije en Roemenië is het feest van de Openbaring van de Heer het eigenlijke Kerstmis. Vanwege de brute en gewelddadige inval van Rusland in Oekraine heeft Oekraine dit jaar gebroken met deze traditie. Het land vierde dit jaar voor het eerst het Kerstmis op 25 december samen met de Westerse kerken. Een hele pijnlijke beslissing die mede veroorzaakt werd doordat de metropoliet van de Orthodoxe kerk van Moskou zich openlijk achter de Russische invasie opstelde.
De betekenis van dit feest van Epifanie is dat het licht van Christus en het Evangelie niet beperkt blijft tot Israel en het Joodse volk, aan wie de komst van de Messias was beloofd in talrijke profetieën. Dit licht straalt naar alle volken en windrichtingen. Het is bedoeld voor alle mensen op aarde zoals trouwens diezelfde profetieën verkondigden. Zoals Jesaja(1e lezing) : “Volkeren komen af op uw licht, koningen op de luister van uw dageraad”.
Het Evangeliegedeelte dat altijd voorgelezen wordt op dit feest, is het verhaal van de wijzen uit het Oosten. Want dit verhaal maakt heel duidelijk dat wie Christus vanuit een oprecht innerlijk verlangen zoeken hem zullen vinden door hemzelf als een ster geleid. Van hoever ze ook komen, uit alle volkeren en talen, ze zullen hem vinden.
Matteus heeft als enige van de vier Evangelisten dit verhaal van de wijzen uit het Oosten opgenomen. Het is een soort voorwoord op zijn Evangelie. Dit voorwoord vertelt in vogelvlucht waar eigenlijk het héle Evangelie overgaat. Van Jezus openbare optreden, van zijn verkondiging, van de wonderen die hij deed, van zijn smadelijke dood aan het kruis en van zijn glorievolle verrijzenis. Dát optreden van Jezus begint in alle vier de Evangelies met de doop van Jezus in de Jordaan en de uitstorting op hem van de Heilige Geest. Maar het voorwoord bij Mattheus van de wijzen uit het Oosten vertelt in verhaalvorm wat er gebeurt wanneer wij, mensen, die in het duister van de wereld leven, op weg gaan om Jezus te vinden. Hij is de Messias. Hij is Degene over wie de profeten lang geleden spraken; die geboren is uit een vrouw die Maria heette. Hij is het antwoord van Gods liefde, het antwoord aan allen in de wereld die het ware licht verlangen te zien.
Aan het eind van het verhaal horen we dat de wijzen na hun bezoek aan de boosaardige koning Herodes op weg naar Bethlehem opnieuw de ster zien en de pasgeboren koning vinden met zijn moeder Maria. Ze bieden het hun geschenken aan, mirre, wierook en goud. En  ‘in een droom van Godswege gewaarschuwd vertrekken langs een andere weg terug naar huis”.  Wanneer wij, mensen, op weg gegaan zijn om Christus te zoeken en te vinden, gaan we niet ‘langs dezelfde weg’, dat wil zeggen ‘als dezelfde mensen’ terug naar huis. We zijn immers andere mensen geworden. Met een andere kijk op de wereld. Van vrede, gerechtigheid, waarheid en liefde, van leven, leven in het Licht van Christus.
De ontmoeting met Christus brengt het beste in mensen en culturen aan het licht. Goud, Wierook en Mirre staan symbool voor de kostbaarste gaven die we kunnen geven als mensheid. Ze representeren de waarden en deugden die ons geven zijn en die we kunnen ontwikkelen in ons leven als bijdrage aan de maatschappij, aan de mensen om ons heen, aan het rijk van God.
Het voorwoord van de wijzen uit het oosten bij Matteus vertelt wat het gevolg is als wij van alle tijden en talen en generaties mensen op weg gaan om de ster van Bethlehem die Christus is te volgen en te vinden. Het is onze eigen weg en onze eigen ontdekking en onze eigen ervaring. Van talloze mensen voor ons, en die na ons komen. Willen we het voorwoordverhaal van de wijzen weer lezen zoals het bedoeld is – niet als een stukje folklore – maar van een diepere waarheid die de weg van het Evangelie verhaalt, dan zullen we het weer lezen als ons eigen verhaal. Van mensen van alle tijden en talen, die op weg gaan om Christus te zoeken als de ster die ons leidt en andere nieuwe mensen van ons maakt, christenen die zijn licht zelf mogen verspreiden en het duister verdrijven van onrecht, leugen, onverschilligheid en alles wat het licht van de Openbaring van de Heer niet verdraagt. Het zegt eigenlijk: Weet waar je aan begint als de weg van de wijzen gaat Je kunt niet meer terug. Je wilt nooit meer terug. Amen

Martin Los pr

De ander niet naar het leven staan. “Geef de keizer wat van de keizer is en geef aan God wat van God is”

Preek op de 29e zondag van het kerkelijk jaar 22 oktober 2023 Tiel

Onze moderne samenleving is heel erg gepolariseerd. In plaats van dat verbinding wordt gezocht, zodat mensen in vrede kunnen leven, zoeken en benadrukken we de verschillen. Tot wat voor wreedheid, angst en chaos dit kan leiden, zien we in het huidige conflict in en rond de Gaza waar de angst hoogtij viert en eindeloos bloed vloeit. Niet alleen van de strijdende partijen zelf, maar van vele onschuldige mensen, ouders, kinderen, hulpverleners.
Wij, hier, en overal in de wereld, zien de beelden. We schudden onze hoofden, heffen onze handen ten hemel, voelen ons machteloos en sprakeloos. Maar ondanks onze onmacht vormen we ons een mening, kiezen partij of niet wat ook een keuze is. Onmiddellijk word je ingedeeld in een bepaald kamp, of je wilt of niet. Dat leidt tot onbegrip en onenigheid. Het kan maken dat we zelf in het conflict betrokken raken met demonstraties en vlagvertoon voor en tegen.
Zo dreigt de oproep tot vrede, tot stoppen van vergieten van onschuldig bloed, in de kiem gesmoord te worden. Des te belangrijker dat we toch blijven opkomen voor de vrede, dat we de hoop blijven voeden. Net als een patient die door een beroerte is getroffen en verlamd is, maar toch al lijkt het vruchteloos dagelijks blijft oefenen tijdens de revalidatie. En we mogen het wapen gebruiken waarvan we de kracht en de reikwijdte verleerd zijn: dat is het gebed. Het maakt dat we volhouden en dat we aangesloten blijven op de liefde tot God en de mensenwereld.
Jezus leefde ook in een gepolariseerde samenleving. Israel is bezet door de Romeinen. De koning Herodes is een Romeinse zetbaas en zijn aanhangers zijn de Herodianen. Ze worden door de strenge Farizeen gezien als collaborateurs en verraders. Jezus is kort tevoren in Jeruzalem is aangekomen. Het eindstation van zijn missie. Hij is de publieke en politieke werkelijkheid binnengetreden. Hij kondigt het koninkrijk van God aan. Hoe zal dat gebeuren?
In ons land zijn de verkiezingscampagnes begonnen. Politieke leiders worden aan de tand gevoeld. Zeker nieuwe kopstukken. Zo zagen de Herodianen en Farizeeën ook Jezus 1). Deze partijen staan politiek gezien lijnrecht tegenover elkaar. Maar nu vormen ze voor even een coalitie om Jezus in een val te laten lopen en hem onschadelijk te maken en zijn invloed  te minimaliseren: “Meester, is het geoorloofd de keizer belasting te betalen op niet?” Ze vragen dit niet om van Jezus een hele politieke beschouwing te horen, maar om hem te dwingen een positie in te nemen waardoor hij geframed kan worden en in een hokje van de tegenstander geplaats, en dus een vijand wordt. Het is duidelijk: zegt Jezus “Ja, natuurlijk” dan heeft hij voor de orthodoxe Joden afgedaan. De verwachtte Messia kan niet met de onderdrukker heulen. Zegt hij: “Nee, dat hoeft niet” dan zullen de Herodianen hem aanklagen bij de Romeinen als oproeikraaier en mogelijke terrorist. Het antwoord dat Jezus geeft wordt vaak geprezen als teken van grote intelligentie. Ik vind dat altijd afdoen aan zijn grootheid. Het is veeleer zijn eenvoud die de waarheid altijd direct voor handen ziet. “Laat mij eens een belastingmuntstuk zien”2). Dat was een officiele munt waarmee de rijken belasting betaalden, want de Romeinen wilden niet allemaal vreemde valuta. Maar je kon er ook gewoon mee handel drijven. Wanneer ze hem die munt aanreiken, zegt Jezus: “Wiens afbeelding staat hierop en welk opschrift?” “Van de keizer” antwoorden ze. “Geef dan de keizer terug van wat van de keizer is en geef aan God terug wat van God is”. Iedereen die met de officiële munt betaalde, met het portret van de keizer, en met het opschrift “Goddelijke keizer” erkende daarmee de macht van de keizer die garant stond voor de waarde. Dus als je die gebruikt en ervan profiteert moet je ook de belasting betalen, anders ben je een huichelaar. En met blik op de afbeelding en het opschrift voegt hij er aan toe: “En geef aan God terug wat aan hem behoort”. Het gaat Jezus natuurlijk om deze laatste toevoeging. “Geef God wat hem toebehoort”. Wat behoort God toe? De mens die naar Gods beeld geschapen is. Ben je niet alleen voortduren bewust als mens die je geroepen bent met hart en ziel op God te lijken, met alle talenten die hij ieder van ons geschonken heeft. En zie ook in elke medemens, je naaste, een kind van God, die respect verdient, en die een voorwerp van je liefde dient te zijn. Jezus ontwikkelt hier dus niet in een notendop een hele staatkundige theorie over de invloedssfeer van de keizer en die van God. Alsof die ieder een eigen deel hebben. De keizer of het materiele en God het geestelijke, of het aardse en het hemelse. Nee, principieel is God degene die boven alles gaat. Hem komt alle macht toe in de hemel en op aarde. Zijn liefde en gerechtigheid heeft het eerste en het laatste woord.
Omdat de tegenstanders van Jezus een en al partijdigheid waren en alleen op eigen belang letten, zagen zij niet dat het beeld van God in eigen persoon, Jezus, tegenover hen stond. Rakelings dichtbij en toch was hun hart gesloten.
Laten wij de oproep van onze Heer gehoorgeven. Laten we elkaar niet vanuit partijdigheid en vooringenomenheid en egoisme bekijken. Laten we elkaar niet voortdurend framen en in hokjes duwen.  Maar laten  we in iedereen die mens van God zien en laten we daarnaar handelen in de omgang met de ander, ook van een andere politieke of religieuze partij of wat dan ook. Zo overwinnen en voorkomen we onvruchtbare polarisatie en alle oorzaken van conflicten en geweld. Als we ons wapenen met de kracht van het gebed zulllen we steeds Gods nabijheid ervaren als zijn kinderen en ook zijn beeld in de medemens zien. In het rijk van God betaalt gebed zich uit.
Dat is misschien wel de pointe van het woord van Jezus “geef de keizer wat van de keizer is en geef aan God wat van God is: sta de ander niet naar het leven, Amen

Martin Los, pr
1) Evangelielezing tijdens de eucharistie op de 29e gewone zondag: Mattheus 22:15-21
2) Afbeelding: Denarie met portret van de Romeinse keizer