Levende Traditie.

Homilie op de 32 zondag door het jaar, Willibrordzondag, in de r.k. kerk van Wijk bij Duurstede

Op de laatste zondagen van het kerkelijke jaar denken we na over de laatste dingen. Wat is het einde van alles? Is het einde zoals wij het in de wereld beleven – dood, verval, niets – het einde, of mogen we hopen op de bekroning van ons leven met zijn moeite en verdriet, zijn twijfels en teleurstellingen, een bekroning over de horizon van deze wereld? Zijn we bereid om ons leven in te richten vanuit het perspectief van de hoop op het rijk van God en het eeuwige leven. Het gaat om de vraag waar je eigenlijk voor leeft en zelfs bereid bent om voor te sterven.
Het verhaal van de zeven broers uit het Makkabeeën boek vertelt dat zij bereid waren niet minder dan hun leven te geven omdat zij overtuigd waren dat hen het eeuwige leven in het rijk van God wachtte, als ze trouw zouden blijven aan de overlevering van de voorouders 1). Wat is datgene wat je is overgeleverd door de traditie, je waard? En wat is dan die traditie? Juist als het gaat om de overlevering doen zich binnen tradities ernstige conflicten voor. Wat is traditie? Wat maakt haar doorleefd en bezield?
Ook Paulus roept in het Epistel zijn medegelovigen op standvastig te zijn op grond van de eeuwige troost en blijde hoop die God, de Vader, hen in zijn liefde heeft getoond en in zijn genade geschonken heeft 2). De wereld zoals wij die kennen, heeft niet het laatste woord over ons leven. “Moge de Heer uw harten neigen tot de liefde van God en de standvastigheid van Christus”. Standvastigheid is datgene waar je voor staat. Waar sta je voor? Waar sta je samen voor?
In de tijd van Jezus waren er ook heel wat mensen voor wie de dood het absolute einde was. Zij geloofden niet in de verrijzenis. De Sadduceeën hielden hem voor dat een vrouw die keurig volgens het voorschrift van Mozes achtereenvolgens met zeven broers trouwde in het uur van de verrijzenis toch onmogelijke de vrouw van zeven man tegelijk kon zijn 3). Hier worden de verrijzenis en eeuwig leven teruggebracht tot een onoplosbare puzzel. Waarop Jezus hen laat zien dat ze te veel vanuit deze wereld denken: “zij die deel krijgen aan de andere wereld huwen niet, omdat zij niet meer sterven zijn ze als de engelen”. Mensen huwen op aarde omdat ze stervelingen zijn. Ze kunnen het leven alleen doorgeven door kinderen te krijgen. Daar begint ook het besef van traditie, overdracht van kennis en waarden. Maar het gáát niet om een puzzel die we niet op kunnen lossen. “De God van Abraham, Izaäk, en Jacob is geen God van doden, maar van levenden want voor Hem leven zij allen”.  Degenen bij wie de levende traditie van het geloof in de levende God begon, hebben daardoor deel aan de verrijzenis. Zij geloofden met hart en ziel door alle beproevingen en twijfels heen.
Uit alles blijkt dat wat we eeuwig leven noemen, te maken heeft met waar we voor staan. Waar we bereid zijn offers voor te brengen. Waarden die we ontdekt hebben in het leven zoals ze ons ons zijn overgeleverd en zoals we ze aantroffen. Traditie is onze menselijke manier om door te geven aan de volgende generatie wat voor ons eeuwigheidswaarde heeft en wat we niet willen en kunnen verloochenen.
De kerkelijke traditie waarvan wij deel uitmaken staat of valt met het geloof in Jezus Christus en daardoor met de verrijzenis en het eeuwig leven. Maar het geschenk waardoor we zijn opgenomen in die traditie is de liefde van God. Dat is het geloof dat de liefde van God in Jezus Christus het laatste woord heeft over onze wereld.
In de loop van de tijd is de kerk verdeeld geraakt door menselijke zwakheid, onvermogen, ongeduld, onbegrip, politieke spanningen. Daardoor zijn vele verschillende tradities ontstaan. We kunnen daarbij de nadruk leggen op wat ons scheidt en waarin we van elkaar verschillen. We kunnen de sterke punten van onze eigen kerkelijke traditie aanvoeren tegenover de in onze ogen gebreken bij de ander. Maar de traditie van de liefde van Christus vraagt dat we de eenheid vooropstellen en dat we de verschillen zien als rijkdom en als uitdaging om de liefde van Christus waar te maken.
In september van dit jaar werd in het Duitse Karlsruhe de Assemblee van de Wereldraad van Kerken gehouden, de elfde Assemblee sinds de oprichting na de Tweede Wereldoorlog in 1948 in Amsterdam. Thema van deze meerdaagse vergadering was: ’De liefde van Christus beweegt de wereld tot verzoening en vrede’.
Het is een oproep aan alle kerken en christenen over de hele wereld, om eensgezind te zijn naar de wereld om ons heen, naar onze medemensen, speciaal naar de mensen in nood, om samen te laten zien dat we voor de liefde van Christus alles over hebben. Vanwege zelfbehoud zijn we vaak bezig om de eigen traditie te koesteren.
Maar de kerk is in de wereld gezonden om de blijde boodschap te verkondigen. Paus Franciscus heeft het beeld geïntroduceerd van de kerk als een veldhospitaal waar gewonden worden binnen gedragen en verzorgd vanuit een wereld die gewond is.
“De liefde van Christus beweegt de wereld tot verzoening en vrede” is het thema van de Assemblee in  Karlsruhe. Als wij als kerken en als christenen zelf leven vanuit de eenheid en liefde van Christus, dan helpen we de wonden van de wereld door onrecht, zonde en schuld, verzorgen en helen. Ook binnen de kerk. Dan zullen we zelf de eeuwige  troost en de genade van God ervaren waarover Paulus spreekt.
De Assemblee is ook aan de christenen in Nederland een uitdaging om samen na te denken over de vraag wat de bevrijdende boodschap van het evangelie voor mensen nu kan betekenen, in een wereld die gekenmerkt wordt door ongelijkheid, door conflicten, door groeiend populisme, door bedreiging van het klimaat en door vervreemding. Hoe kunnen wij er, op onze plek en in onze omgeving, aan bijdragen dat de wereld menselijker wordt? Hoe kunnen wij, geïnspireerd door de liefde van God voor de wereld, die zichtbaar is geworden in de liefde van Jezus Christus overleveren en doorgeven aan anderen, dichtbij en ver weg, en zo van de aarde een liefdevol huis maken?
Christenen in Nederland staan allemaal op de één of andere manier, bewust of onbewust in de traditie van het geloof in Christus dat de Heilige Willibrord met zijn metgezellen  veertienhonderd jaar in deze streken is komen verkondigen, waar hij voor stond en waarvoor hij alles heeft overgehad.
Het is de traditie van de liefde van Christus, van het eeuwige leven voor God dat ook ons alles waard is,  de levende overlevering van alle heiligen die ons zijn voorgegaan. De oecumene van het hart die alle heiligen verbindt. Traditionalisme is het dode geloof van de levenden. Traditie is het levende geloof van de doden, aldus de Slowaakse-Amerikaanse theoloog Jaroslav Pelikan.
Moge de Heer naar het woord van Paulus onze harten neigen tot de liefde van God en de standvastigheid van Jezus Christus. Moge we daardoor bevestigd worden in ons gemeenschappelijk christelijke geloof  in dat onze God geen God van doden is maar een God van levenden. Amen

Martin Los, emeritus-pastoor, bisschoppelijke gedelegeerde voor Oecumene aartsbisdom Utrecht

schriftlezingen van de 32e reguliere zondag door het jaar volgende het universele r.k. leesrooster
1) 1e lezing: Makkabeeen 7:1-2,9-14
2) 2e lezing: 2 Thessalonicenzen 2:16-3:5
3) Evangelielezing: Lucas 20:27-38
zie ook: Willibrordzondag 2022 – De liefde van Christus beweegt tot eenheid en verzoening (oecumene.nl)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.