Preek op het feest van de Opdracht van de Heer in de tempel, gevierd op zondag februari 2018 Willibrordkerk Vleuten
We horen dat de oude Wet van Mozes voorschreef dat ouders op de 40ste dag hun kind naar de tempel brachten om het toe te wijden van God. Zo trokken ook Jozef en Maria met het kind Jezus naar Jeruzalem. Met dat ritueel lieten de ouders zien dat ze hun kind niet als hun maaksel of bezit of verlengstuk van zichzelf zagen, maar als een geschenk van God. “Dit kind, ons kind, behoort ook aan U, God. Het is ook en vooral uw kind” zeiden ze door deze opdracht van hun kind in de tempel.
Ze beloofden daarmee ook hun kind in die geest op te voeden door de opvoeding en door hun eigen voorbeeld. Het is een mooie taak die je op je neemt: Kinderen met God in aanraking brengen, hen leren bidden, belangrijke waarden als naastenliefde, rechtvaardigheid, vergeving, oprechtheid voorleven en doorgeven. Totdat hun kind op eigen benen zou staan en het zelf zou wagen met God.
We kunnen het geloof op niet opleggen en inhameren. Gelukkig niet. Maar we kunnen onze kinderen wel inleiden in de wereld van het geloof. En we kunnen ze wel een edelmoedig voorbeeld geven van een leven waarin plaats is voor het mysterie van God. Wie weet springt de vonk over en gaat het kind als het opgroeit, zijn of haar leven zelf ervaren als een geschenk van God. Als ouders mogen we het wonder van het leven doorgeven. Een even groot wonder is dat we het wonder van het eeuwig leven mogen doorgeven aan onze kinderen. Want dat is het als een mensenkind tot de ontdekking komt dat hij of zij een kind van God is. Dat hij of zij door God in de wereld geroepen is en dat hun naam geschreven staat in de palm van Gods hand.
Als ouders sta je daar gelukkig niet alleen voor. Er staat een hele geloofsgemeenschap om je heen. Andere ouders die zelf ook hun kind gelovig opvoeden. Het is goed om hen tot je kring van vrienden en bekenden te maken.
Daardoor krijgt je eigen kind de gelegenheid om te zien hoe andere gezinnen met geloof en christelijke waarden omgaan. Ze kunnen de nuances zien. En daardoor ook voor zichzelf beter onderscheiden hoe zij willen geloven. De beste manier om zulke andere jonge mensen en gezinnen te ontmoeten is natuurlijk door regelmatig op zondag naar de kerk te komen. Het zijn echt niet alleen grijze hoofden die onze vieringen bevolken. Kijk maar om je heen. We zien een groeiend aantal jonge mensen en gezinnen ’s zondags in de Mis. Komt dat doordat we in onzekere tijden leven?
Maar onderschat ook de grijze hoofden niet. We zien ze een belangrijke rol spelen in het verhaal van Jezus’ opdracht in de tempel: Simeon en Hanna. Van haar wordt verteld dat ze 84 jaar is. Juist oudere mensen laten door hun geloof zien dat het krachtig en duurzaam is. Het heeft vele beproevingen doorstaan.
Vaak horen we als pastoors en pastorale werkers van jongeren dat hun geloof juist gewekt is door hun grootouders. “Mijn oma had altijd de rozenkrans vlak bij haar en je kon zien dat ze daar troost uit putte”. Of “ mijn opa zei altijd als ik in spanning zat voor een examen: “ik zal een kaarsje voor je opsteken”.
Om die reden noemen we tegenwoordig onze speciale vieringen niet meer gezinsvieringen, maar familievieringen. Het geloof beslaat meerdere generaties. Ook de opa’s en oma’s, ook die alleenstaande oom of tante. Dat is een belangrijke kracht van ons geloof. Het is geen mode en geen bevlieging. Je kunt er van op aan. Opa en oma geloofden ook terwijl ze toch ook gewone herkenbare mensen waren.
Aan de ene kant mogen we dus het geloof als generaties doorgeven, samen met het leven zelf. Bovendien, wanneer we onszelf als kinderen van God zien, en ook onze kinderen, door het geloof in Jezus, zijn we samen broers en zusters. Samen volgen we Jezus, als ouders en kinderen, als ouderen en jongeren. We zijn dus als ouders als het ware in het geloof de oudere broers en zusters van onze kinderen. Als christenen mogen we zo met onze kinderen omgaan. Elk huisgezin is op die manier een kleine huiskerk waar God zelf aanwezig is. Als mensen die aan elkaar gegeven zijn en die elkaar tot zegen mogen zijn.
Een mooi gebaar is het als je als ouders je kind voor het slapen gaan niet alleen lekker instopt, en een kus geeft op de wang, maar ook met de duim een kruisteken op het voorhoofd maakt: “God zegen en behoede je” kun je daarbij zeggen. Dat vinden kinderen mooi. Het maakt ook dat ze zich dat vertrouwen in God als hemelse Vader zelf in de loop der jaren eigen maken. Daarom nodigen we aan het einde van de viering u als ouders en kinderen uit om naar voren te komen voor de zegening van de kinderen.
Maria en Jozef droegen hun kind op in de tempel. Het werd enthousiast begroet door Simeon en Hanna. We willen dat voorbeeld graag navolgen. Want onze kinderen zijn ook kinderen van God, ze belichamen hoop voor deze wereld. We zijn als gemeenschap blij met hen. En bidden hen Gods zegen toe op voorspraak van Maria, de moeder van alle gelovigen en beeld van heel de kerk als Gods huisgezin. Amen
© pastoor Martin Los
Evangelie van het feest van de Opdracht van de Heer in de tempel (Maria-Lichtmis): Lukas 2:22-40
De foto is genomen tijdens de lichtprocessie in de Willibrordkerk op zondag 4 februari 2018