Preek op As-woensdag Mariakerk 10 februari 2016
Lieve zusters en broeders, met het opleggen van het as-kruisje tonen we dat we stof zijn en tot stof zullen wederkeren.
Veel mensen zullen hun hoofd schudden en zeggen: “wat een trieste bezigheid”.
Toch is dit ritueel dat we ons tooien met as, bedoeld als medicijn. Een medicijn is altijd bedoeld om er beter van te worden, om weer gezond te worden.
Aan welke ziekte lijden we dan, zal men vragen? We lijden aan de zucht om onze menselijke sterfelijkheid uit te bannen. Daardoor vergeten we dat we zelf kwetsbare mensen zijn.
Niet voor niets verschijnt in onze tijd de ene Glossy na de andere. En we fotoshoppen onze eigen foto’s waardoor elk rimpeltje of oneffenheid weg geretoucheerd wordt. Het is een symptoom waaruit blijkt dat we grote moeite hebben met onze lichamelijkheid die sterfelijkheid inhoudt. Daardoor vervreemden we van onszelf.
We vervreemden niet alleen van onszelf maar ook van elkaar. Jonge en krachtige mensen hebben de neiging de ontmoeting met ouderen uit de weg te gaan. Want de ouderen met hun verweerde huid en grijze haren en lichamelijke gebreken herinneren eraan dat we allemaal sterfelijke wezens zijn.
We lijden aan vervreemding van onszelf, ons eigen lichaam en van elkaar, door niet vertrouwd te zijn met onze kwetsbaarheid en onze sterfelijkheid.
We vergeten dat die kwetsbaarheid ons juist maken juist tot de mensen die we zijn. “Gedenk o mens dat je stof bent en tot stof zult wederkeren” is een oproep om onszelf zoals we gemaakt zijn uit het stof van de aarde niet uit de weg te gaan, en om elkaar niet uit de weg te gaan.
Het is een appel om onszelf te aanvaarden zoals we zijn en daardoor echte mensen te zijn, vol warmte en bewogenheid, met een hart voor elkaar, en vol respect te zijn voor ouderen, zieken en gebrekkigen, armen en vluchtelingen.
Woorden als ‘humaan” en “humanitair” voor menselijk zijn verwant aan het woordje “humus”. Humus is dat laagje vruchtbare aarde onder onze voeten. We zijn van nederige komaf als menselijke wezens. Als we dat herkennen blijven we zelf humaan en menselijk door rekening te houden met elkaar als mensen met fouten en gebreken, met allerlei eerste levensbehoeften.
Want als we niet alleen de foto van onszelf retoucheren en fotoshoppen, maar ook onszelf alleen nog maar aanvaarden als we ideale onkwetsbare mensen zijn, dan kunnen we ook niet meer omgaan met onze fouten en gebreken en met die van elkaar. Als we ons sterfelijkheid voor ogen houden zullen we ook weer gaan beseffen dat lang niet alle fouten voorkomen kunnen worden. Dat niet alles maakbaar en dus als het fout gaat verwijtbaar is. We zullen weer tragiek leren accepteren.
Paus Franciscus heeft dit jaar uitgeroepen tot Jaar van de barmhartigheid. Het is een uitnodiging aan ons allen om de liefde van God serieus te nemen, de barmhartigheid van God die Jezus ons toont.
Godsdienst is niet iets voor ideale mensen, als een soort erekrans voor perfecte mensen. Godsdienst is het geloof in de barmhartigheid van God voor zondige onvolmaakte mensen. Dat vieren we samen met elkaar en dat verkondigen wij.
Maar het betekent ook dat we onszelf dan durven zien als onvolmaakte mensen, en ook elkaar. Dat we elkaar vergeven, zorg en aandacht schenken, te eten geven aan hongerigen, naakten kleden.
Kortom, het as-kruisje, is het geneesmiddel dat we nodig hebben om weer echte mensen te worden. Geen bedriegelijke gefotoshopte ego’s die bang zijn ontmaskerd te worden als kwetsbare mensen die barmhartigheid nodig hebben.
Laten we blij zijn dat we zo gemaakt zijn dat we barmhartigheid nodig hebben. Want pas dan zijn we echte mensen. Laten we ook weer ontdekken hoeveel vreugde het schenkt om anderen barmhartig te zijn.
Dat is het leven waartoe Jezus christus ons door zijn kruis en verrijzenis uitnodigt. Pas het leven in al zijn eindigheid en gebrokenheid kan worden tot eeuwig leven. Zo mogen we elkaar een goede tijd van voorbereiding op Pasen toewensen. Amen
Pastoor Martin Los