Driekoningen louter legende of meer?

Homilie op het hoogfeest van Epifanie gevierd op zondag 8 januari 2023 in de H. Dominicus kerk in Tiel

Het evangelie van dit feest vertelt ons iets dat fundamenteel is voor de blijde boodschap: dat de komst van Christus in de wereld geen plaatselijke aangelegenheid is die beperkt blijft tot Palestina en het Joodse volk. De komst van Christus maakt het verschil voor de hele mensheid.
Van verre komen wijze mannen met hun karavanen naar Jeruzalem bij het paleis van koning Herodes met de vraag: “Waar is de pasgeboren koning der Joden want wij hebben zijn ster gezien in het Oosten en we zijn gekomen om hem onze hulde te brengen”. 1)
De eerste lezing liet ons zien dat deze gebeurtenis al honderden jaren daarvoor was verkondigd door de profeest Jesaja in de tijd van de Babylonische ballingschap: “Sta op, laat uw licht u beschijnen, Jeruzalem (….) Want zie duisternis bedekt de aarde, maar over u gaat de Heer op en zijn glorie is boven u verschenen. Volkeren komen af op uw licht, koningen op de luister van uw dageraad”2).
We vieren op dit feest van de Openbaring van de Heer dat de komst van Christus en zijn betekenis voor de mensen reikt tot heel de wereld en alle tijden. De wijzen uit het Oosten zijn om zo te zeggen de voorlopers.

Wie waren die wijzen uit het Oosten? Veel theologen en medechristenen zijn van mening dat het verhaal van de wijzen een soort sprookje is dat wel waarde heeft voor het geloof maar verder geen werkelijkheidsgehalte heeft. Een legende. Maar dat kon nog best eens meevallen.
Emeritus paus Benedictus heeft een driedelig boek over Jezus geschreven tijdens zijn pausschap. Ter nagedachtenis bij gelegenheid van zijn overlijden en uitvaart deze week heb ik zijn boek nog eens ter hand genomen om te lezen wat hij geschreven heeft over de wijzen uit het Oosten 3)
Benedictus licht toe dat er ten tijde van de geboorte van Jezus een buitengewoon verschijnsel aan de hemel te zien was dat in dit geval slechts eenmaal in de duizend jaar plaatsvond. Dan straalt één ster een periode buitengewoon fel, maar in feite zijn het drie planeten, Jupiter, Saturnus en Mars, die vanaf de aarde gezien lijken samen te vallen 4). Het oude Babylonië waar de Joden in ballingschap hadden verbleven, was een sterrenkundig centrum. Toen de  stad vervallen was bevonden zich daar nog steeds sterrenkundigen die zo’n verschijnsel als een conjunctie van sterren konden berekenen. Nu kun je natuurlijk niet aan zo’n bijzondere ster aan de hemel zien dat er in Bethlehem iets bijzonder was gebeurd, de geboorte van een kind wiens geboorte voor de hele wereld van beslissende betekenis was. Maar vermoedelijk waren in Babel orakels bewaard die op de een of andere manier bij wetenschappers zoals deze wijzen bekend waren en hen op een idee hadden gebracht. Benedictus verwijst naar de voorspelling van waarzegger Bileam in het boek Numeri: “Wat ik zie is niet in het heden, wat ik waarneem is niet nabij. Een ster komt op uit Jakob, een scepter uit Israel” 5). Deze Bileam woonachtig in Mesopotamie, het huidige Irak, was ook buiten de Bijbel bekend .

Na deze uitleg zegt Benedictus hierna over de wijzen: “Zo’n samenloop van een aantal factoren (zoals een conjunctie en een oud orakel M.L.) kon weliswaar zorgen dat van een ster een hoopvolle boodschap uitging. Maar dat kon alleen diegenen in beweging brengen die al een innerlijke onrust voelden, die iets verwachten en uitzagen naar de ware heilbrengende ster”.
Benedictus concludeert: “We kunnen met recht zeggen dat in de Wijzen zichtbaar wordt dat de religies zich naar Christus begeven en dat de wetenschap zelf de stap naar hem maakt. Ze gaan als het ware in het spoor van Abraham die wegtrekt omdat God hem roept. Op een andere manier gaan ze in het spoor van Socrates, die doorvraagt naar de waarheid die groter is dan wat er in de bestaande religie voorhanden is. De Wijzen lopen dus voorop. Ze banen zich een weg, ze zoeken de waarheid. Ze zijn mensen van alle tijden” aldus Benedictus over de wijzen die op weg waren gegaan.

Dierbare zusters en broeders, we moeten altijd voor ogen houden dat in mensen van alle volkeren en talen een verlangen sluimert naar verlossing. Een droom die God zelf heeft in de hele mensheid heeft gelegd. We mogen geen volk of cultuur  of tijd afschrijven. Overal heerst een soort onrust in de harten van velen naar een geluk dat werkelijk vrede schenkt. Eeuwig geluk en eeuwige vreugde die alleen Christus een mens geven kan. Innerlijke vrede en vrede onder elkaar. Dat is in onze tijd en in onze wereld niet anders.

We moeten onze ogen niet sluiten voor de betekenis van Jezus voor alle mensen. Hij verenigt alle mensen tot één mensheid.
We staren ons soms blind op onze eigen ervaring dat in onze omgeving geen interesse lijkt voor het Evangelie. Misschien hebben we daardoor zelf ook de neiging de lier aan de wilgen te hangen. Maar wie weet of er onder de schijnbare onverschilligheid niet een diep verlangen sluimert op grond van kennis van de schepping, op grond van gebeurtenissen in de wereld, dat erop wacht om aan het licht te treden, tot de tijd daar rijp voor is, zoals de Wijzen die een grote ster aan de hemel zagen. Ja, misschien zijn er al allerlei tekenen van een nieuwe aantrekkingskracht die van Christus uitgaat, maar begrijpen we ze nog niet goed. Meestal zien we pas met terugwerkende kracht welke veranderingen er hebben plaats gevonden. Laten we de kans om daar getuige van te zijn niet missen door in slaap te vallen. Zonder dat we die verwachting actief koesteren. Zonder dat ons hart al sneller gaat kloppen bij de gedachte. Die gedachte is een innerlijke licht dat ons verlicht en een innerlijke warmte dat ons verwarmt. De Openbaring van Jezus als Licht voor alle volkeren. Amen

Martin Los pr

  1. 1) Evangelielezing in de eucharistie van dit feest: Mattheus 2:1-12
    2) 1e lezing: Jesaja 60:1-6
    3) Joseph Ratzinger Benedictus XVI Jezus van Nazareth Proloog: de kinderjaren uitgeverij. Lannoo p. 89 en volgende
    4) conjunctie van sterren, Jupiter, Mars en Saturnus, in het sterrenbeeld van de Vis
    5) Numeri 24:17


wij hebben zijn ster gezien

Preek op het Hoogfeest van de Openbaring van de Heer (Driekoningen) op zaterdag en zondag 4 en 5 januari 2020 in de Willibordkerk en Mariakerk

“Zij haalden hun schatten tevoorschijn en boden het geschenken aan” 1)
Lieve zusters en broeders, we zijn het nieuwe jaar begonnen met veel geknal – teveel naar het oordeel van meer dan de helft van de bevolking gezien de impact op mens en dier en milieu -Maar nu de mist van de jaarwisseling is opgetrokken opent zich daarachter een wereld van wapengekletter en oorlogsdreiging. Als wereldburgers voelen we ons machteloos tegenover de machthebbers en hun politiek die de vrede en het welzijn van gewone mensen in gevaar lijkt te brengen.
Het is opvallend dat in de beide kerstevangelieën nadrukkelijk ook de machthebbers ten tijde van Jezus geboorte genoemd worden. “Het geschiede in die dagen dat een bevel uitging van Keizer Augustus dat heel het volk geteld moest worden” horen we bij Lukas. En vandaag bij Mattheus speelt koning Herodes een belangrijke rol.
Maar in beide gevallen blijken die hoofdrolspelers in de wereld van toen, keizer Augustus en koning Herodes, slechts een bijrol te vervullen als het gaat om de komst van Christus, de geboorte van Jezus. Ze werken ongewild mee aan de vervulling van de profetieën. Augustus door zijn volkstelling die maakte dat Jezus in Bethlehem geboren werd, en Herodes die de wijzen de weg wees naar Bethlehem, onder valse voorwendsels. Dat wel. Maar zelfs daar wordt een stokje voor gestoken.
Dat in de geboorteverhalen van Jezus de machthebbers in het groot en in het klein genoemd worden, maar dan als figuranten, is geen toeval. Van meet af aan moeten we begrijpen dat het koninkrijk van God dat met Jezus in de wereld gekomen is, van een andere orde is van de staatsmacht en de wereldpolitiek. Het is niet alleen onvergelijkbaar, het is ook onstuitbaar.
Terwijl de machthebbers in vergetelheid raken, gaat Jezus Christus door om mensen te winnen voor zijn koninkrijk. Waar andere naties en politieke constellaties voorbij gaan, is het rijk van God komende. Het is sinds de komst van Christus onder ons in deze wereld, maar het is nog steeds niet volledig openbaar.
Waarom is het nog niet volledig openbaar? Waarom is het nog geen hemel op aarde? Omdat wijzelf daaraan mogen meewerken. Het rijk van God is niet als iets waar je als toeschouwers op de tribune naar kunt kijken. Het gaat dwars door onszelf heen. Onze worsteling, onze pijn, onze inzet voor een barmhartige en rechtvaardige wereld. En hoe meer we zelf het Evangelie ter harte nemen en echt in praktijk brengen, hoe meer we zelf vervuld zullen raken van de komst van Gods koninkrijk en van de waarheid dat Christus het licht der wereld is. Belangrijk is dat we midden in de wereld staan, en dat we bewogen zijn met de wereld in zoverre ze lijdt, en ons verzetten tegen het kwade. Maar we moeten ons niet in verwarring laten brengen door de machten om ons heen, of ze nu Augustus en Herodes heten of de namen die de nieuwsberichten in onze tijd beheersen.
Zij kunnen het goede nieuws van Christus komst in de wereld niet naar de achtergrond verdrijven. Het zal hén steeds naar de achtergrond dringen. Niets kan de hoop die in ons is doordat we geraakt zijn door de liefde van God in Jezus Christus teniet doen. Ze wordt alleen maar sterker. Ook ons vertrouwen dat Christus doorwerkt in onze wereld door de verkondiging van het Evangelie.
Ook in door zijn kerk in deze wereld in de harten van mensen.
“Sta op, laat het licht u beschijnen, Jeruzalem, want de Zon gaat over u op en de glorie van de Heer begint over u te schijnen”. 2) We moeten de moed niet verliezen. Ook niet nu kerk en christendom in ons deel van de wereld een minderheid zijn geworden, in Nederland vooral. Onze geloofsgemeenschap heeft juist nu uw gebed en uw steun nodig. Als we opkomen voor de menselijke waarden van het Evangelie in onze eigen situatie treden we in het licht van Christus dat ons overstraalt. Het is heerlijk en gezond om in het echte licht te leven, maar als we dat doen raakt dat ook onze omgeving, onze samenleving. Het haalt het goede in mensen boven. “Volkeren komen af op uw licht, koningen op de luister van uw dageraad”. Dat is de profetie van Jesaja die nog  niets van zijn belofte heeft verloren. We zien de vervulling van die profetie in het verhaal van de drie wijzen uit het Oosten. Ze hadden een ster gezien en brachten hun schatten mee voor het Kind in Bethlehem. Dat Kind is Emmanuel, God-met-ons. We mogen Hem zelf eren met ons leven door de navolging in het dagelijks leven. We mogen zijn tegenwoordigheid vieren in het eucharistisch offer als geloofsgemeenschap,  om weer gesterkt de wereld in te gaan. We mogen vol verwachting uitzien naar Christus aanwezigheid in de wereld door vredestichters, door mensen die oog hebben voor de zwakkeren, door eerlijke en rechtvaardige mensen.
Hoe meer we onszelf toewijden aan het Evangelie en hoe meer we ons inzetten voor een menswaardig bestaan hoe meer we zullen zien van Christus overwinning op het kwade, en van de komst van zijn koninkrijk. Laten we daarom vol hoop en vol vreugde en verwachting aan dit nieuwe jaar beginnen samen met heel de geloofsgemeenschap en de kerk
“Zij haalden hun schatten tevoorschijn en boden het kind geschenken aan”. Dat is het verhaal van God’s rijk, het verhaal van God met de mensen. Door alle tijden heen. Ook anno domini 2020. Wat er ook gebeurt. Amen

pastoor Martin Los

Schriftlezingen tijdens de eucharistie op dit feest:
1e lezing: Jesaja 60:1-6 2)
Evangelie: Mattheus 2:1-12 1)