Homilie op de Paaswake 16 april 2022 in de H. Barbara Bunnik
Zusters en broeders, in de Evangelieverhalen komen we soms een opmerking tegen waar we geen aandacht aan schenken, omdat het niet van belang lijkt.
Alle vier Evangelisten verhalen de verrijzenis. Maar details verschillen. De evangelist Lukas beeindigde het verhaal van het lijden en sterven van Jezus met de aantekening dat de vrienden van Jezus hem in een graf legden waarin nog niemand neergelegd was. Waarom die toevoeging?
In de tijd van Jezus werden de rijken in een graf gelegd dat in een rots was uitgekomen. Een dure aangelegenheid. Dat was zeker niet de plaats waar een ter dood veroordeelde ooit terecht hoopte komen. Maar Jezus werd in het graf gelegd van de rijke Jozef van Arimathea die zoals er staat “het rijk Gods verwachtte”. Jezus was dus de eerste en enige in dit graf. Dat de arme en berooide en veroordeelde Jezus in het graf van een rijke werd gelegd die dit graf voor zichzelf bedoeld had, lag helemaal niet voor de hand. Het was de wereld op zijn kop. Allereerst voor de vrouwen die bij het graf komen om Jezus’ lichaam te balsemen. Ze zien de steen voor het rotsgraf weggerold en dat het graf leeg is. De verrijzenis is voor de vrouwen die als eerste op dit mysterie stuitten, echt voor eens en altijd de wereld op zijn kop. En voor iedereen aan wie ze het vertellen. De dood heeft niet meer het laatste woord. De armen trekken niet meer aan het kortste eind. De wenenden zullen lachen. De vredestichters zullen de aarde beërven. Was dat niet de kern van de boodschap van Jezus?
Wij vieren de verrijzenis van Jezus in een wereld die in oorlog is. Op ons netvlies staan de beelden van lijken op straat in Bucha en van massagraven en verwoeste ziekenhuizen in Mariopoel. We houden de adem in voor wat er verder gaat gebeuren. De beelden hebben een enorme impact op ons. Bij het zien ervan hebben we het gevoel alsof we zelf een beetje doodgaan. We dreigen cynisch te worden. Alle hoop wordt de bodem ingeslagen. Maar dat mag niet gebeuren! Daarmee laten we slachtoffers in de steek, de levenden en de doden. De verrijzenis van Jezus wakkert de hoop in ons aan. Ze maakt dat we ons niet neerleggen bij de verleiding van cynisme, van moedeloosheid en wanhoop.
Het graf is leeg! Er kon geen twijfel over zijn dat ze Jezus’ lichaam en niemand anders daar hadden neergelegd. De Heer is werkelijk verrezen vanuit een graf waarin nog nooit iemand had gelegen. Een graf dat als eerste geen dode zou omvatten maar een graf dat de verrezen Heer zou voort brengen. Een maagdelijk graf zoals de maagdelijke schoot van Maria Gods Zoon zou baren. Die maagdelijke geboorte was een volstrekt nieuw initiatief van God, om deze wereld te redden, de geboorte van Jezus. Nu is er een maagdelijk graf dat de verrezen Heer mag voortbrengen als eersteling van een nieuwe schepping. Het volstrekt nieuwe initiatief van God die de mens eeuwig leven schenkt. De engelen zeggen tegen de vrouwen; “Wat zoekt ge de levenden bij de doden. Hij is hier niet want Hij is opgestaan”.
Sommige mensen verwijten ons christenen dat we door ons Paasgeloof, van leven na de dood, de mensheid in de steek laten. Dat we het lijden in de wereld bagatelliseren, de slachtoffers van onrecht en geweld, van epidemieën en rampen, van eenzaamheid en zelfdoding. Omdat we de overwinning al vieren door het geloof in de Verrijzenis. In de trant van “Ach, alles komt toch goed”.
Maar het tegendeel is het geval. Pasen vieren betekent niet de kop in het zand steken, voorbijgaan aan alle leed en vertwijfeling. Het betekent juist hoop voor de wereld van stervelingen die wij zijn. Door die hoop en door dat geloof putten we moed en kracht om ons niet te leggen bij onrecht en machten die dood en verderf zaaien.
Door de verrijzenis van Jezus is verzet geen vechten tegen de bierkaai meer. We mogen een nieuw begin maken. Ondanks alle doemdenken. Ook ondanks alle menselijke schuld. Ook onze persoonlijke schuld. God doet de toekomst open. Dankzij Pasen eindigt ons leven niet in het graf en dankzij de Verrijzenis eindigt de wereld niet in de ondergang. Als christenen mogen we daar zelf het teken van zijn, teken van geloof, hoop en liefde. Door onze doop die we op Pasen gezamenlijk vieren delen wij in de verrijzenis. We mogen daar levende getuigen van zijn. Door niet in de eerste plaats aan onszelf te denken, maar liefdevol te handelen. Door zorg te hebben voor de aarde als ons thuis, als schepping van God. Door niet mee te doen met leugens en propaganda die mensen en groepen tegen elkaar op zetten. Door vluchtelingen op te nemen. Door het ondenkbare te doen omdat God het ondenkbare deed en doet. Zo mogen wij door ons geloof teken zijn van een nieuw begin. Wij leven niet meer met de dood voor ogen en met een graf als einde.
Jezus werd als nietig en breekbaar en geschonden mens neergelegd in een graf waarin nog nooit iemand gelegen had. Behalve Hij die de eerstgeborene uit de doden is. Dank zij Jezus mogen wij leven vanuit de overtuiging dat ook wij zullen opstaan vanuit onze graven waarin nooit iemand gelegen had en die ook altijd leeg zullen blijven. “Ontwaak, gij die slaat en sta op uit de dood. En Christus zal over u lichten”. Amen
Martin Los
Evangelielezing Paaswake 16 april 2022: Lucas 24:1-12
afbeelding La Civiltà Cattolica / Church Thought / Published Date:9 April 2020/Last Updated Date:12 February 2021
Tag archieven: rijken
Levensvragen
Preek op de 28e zondag door het jaar op 14 october 2018 Mariakerk en Willibrordkerk
‘Goede meester, wat moet ik doen om het eeuwige leven te verkrijgen?” 1)
Lieve zusters en broeders, de man die deze vraag aan Jezus stelt werpt zich op de knieën voor Jezus. Dat onderstreept de ernst van de vraag voor deze man.
Het gebeurt buiten op straat. Iedereen kan het zien. Een aanzienlijke rijke goede geklede man vernedert zich voor Jezus om eindelijk een antwoord te krijgen op de vraag waar hij al lang mee worstelt: ‘Goede meester, wat moet ik doen om het eeuwige leven te verkrijgen?’.
Deze vraag behoort tot de categorie levensvragen waarmee we allemaal vroeg of laat als mens mee te maken krijgen: ‘hoe kan ik een leven leiden waar ik nooit spijt van krijg? Hoe is leven zoals het werkelijk bedoeld is, en wat moet ik doen om er deel aan te krijgen? Waar vind ik het antwoord op mijn leven dat werkelijk voldoening geeft? Leven is al zijn volheid?’
De vraag kan voortkomen uit een gevoel van onvrede met het leven dat we tot nu toe leiden. Een verslaving waar we vanaf willen om weer vrij mens te zijn. Verkeerde keuzes die we gemaakt hebben. Soms ook het gevoel dat ons leven te vlak was en we kansen gemist hebben die er waren.
De man die voor Jezus op de knieën valt worstelt met deze levensvraag. Het knaagt aan hem. Hij is van binnen diep ongelukkig hoewel massa’s mensen hem benijden om zijn aanzien en zijn rijkdom.
Nu hij de kans krijgt Jezus te ontmoeten, denkt hij: het is nu of nooit. Als een kundige heelmeester van de ziel voelt Jezus hem eerst even geduldig aan de tand: “wat noem je mij goed. Niemand is goed dan God alleen”. Met andere woorden: ‘besef je goed dat alleen God echt antwoord kan geven op jouw vraag? Zie je in mij het aangezicht van God die de harten kent?’ Voor de vraag naar het leven zelf moet je bij degene zijn die groter is dan het leven. Is dat niet God?
Het is als in een biechtgesprek waarbij de priester toehoort en helpt, maar iemand zijn hart uitstort voor God.
Dan begint Jezus aan de ontleding van de reden waarom de man ongelukkig is.
“Je kent de geboden: ge zult niet doden, ge zult geen echtbreuk plegen enz’ Die geboden overtreden maakt de ieder mens ongelukkig is omdat er iets aan je geweten knaagt. Tenzij je je geweten helemaal uitschakelt.
“Dit alles heb ik onderhouden van mijn jeugd af aan” zegt de man eerlijk en zonder enige zelfvoldaanheid. Hij is een vroom en deugdzaam mens. En toch is hij doodongelukkig.
Nu ligt zijn ziel helemaal bloot voor Jezus die als een kundig chirurg van het innerlijk te werk gaat.
“Het woord van God’ hoorden we in de Hebreeenbrief ‘is levend en krachtig. Het is scherper dan een tweesnijdend zwaard en het dringt door tot het raakpunt van ziel en geest. Het ontleedt de bedoelingen en gedachten van de mens”. 2)
Wanneer wij mensen ongelukkig zijn met ons leven, dan is dat geen teken dat God ons veroordeelt en afwijst. Het is zijn klop op de deur van ons hart om voor Hem open te doen en zijn hand te grijpen.
“Jezus sprak hem liefdevol aan en zei: “één ding ontbreekt u: verkoop uw bezit en geef het aan de armen. Dan bezit je een schat in de hemel. En kom dan terug om mij te volgen’.
‘Lieve man, je bent zo ongelukkig omdat je vast zit aan je rijkdom. Daarom ben je ondanks je welvaart niet gelukkig. Dan kun je maar één ding doen: verkoop je rijkdom en geef het aan de armen en kom dan terug’
Vaak wordt deze uitspraak van Jezus opgevat als een afwijzing van rijkdom. Maar dat is te kort door de bocht. Inderdaad wordt op vele plaatsen in de bijbel gewaarschuwd voor rijkdom. En veel teksten bevatten kritiek op rijken. Je kunt inderdaad rijkdom heel verkeerd gebruiken. Maar je kunt met wat je meer bezit dan je zelf nodig hebt, ook veel goeds doen.
Jezus bedoelt: rijkdom kan verhinderen dat je echt vrij mens bent, door de angst je bezit kwijt te raken; doordat de zorg ervoor je hele leven in beslag neemt.
‘Voor een kameel is het gemakkelijker door het oog van een naald te gaan, dan voor een rijke in het koninkrijk van God binnen te komen’. Dan kan je beter radicaal breken met je rijkdom, want het verhindert je om echt te leven. Het verhindert je om blij en gelukkig te leven als een kind van God. Een kind van God verheugt zich erover dat God voor haar zorgt. Heel veel armen hebben die ervaring, ondanks hun armoede. Telkens als je als mens vindt dat je leven eigenlijk alleen maar bij jou zelf veilig is, doof je de vreugde en voed je de onvrede. Telkens ontneem je jezelf dan de kans om Gods zorg en vriendschap voor jou te ervaren.
Die zorg en vriendschap maakt pas echt gelukkig. Ze schenkt de ware wijsheid van hart. We hoorden het in de lezing uit het boek van de wijsheid: ‘in vergelijking met de wijsheid beschouwde ik rijkdom als niets”.3)
Moge onze Heer Jezus ons allemaal liefdevol aanzien en ons genezen van wat ons innerlijk verhindert gelukkig te zijn als kinderen van God. Amen
(c) Martin Los
1) Evangelie van deze zondag: Markus 10:17-30
2) 2e lezing van deze zondag: brief aan de Hebreeën 4:12,13
3) 1e lezing van deze zondag: Wijsheid 7:7-11
afbeelding: https://vibi.at/de/der-reiche-juengling