Homilie in de Paaswake zaterdag 8 april 2023 Houten
Dierbare broeders en zusters, het Evangelie van Pasen wil onze verwondering wekken. Want geloof begint bij verwondering. Openheid van geest. De evangelist Matteus stond voor de uitdaging de boodschap van de verrijzenis over te brengen. De verrijzenis van een mens uit de dood is geen alledaagse gebeurtenis. Sterker nog: ze had nog nooit plaatsgevonden. En ook daarna nooit meer. Hoe kun je iets vertellen waar geen enkel voorbeeld van is, iets wat totaal niet past in onze menselijke beleving. Iets dat bovendien niet alleen onbekend is, maar bovenal íngaat tegen ons verstand.
Daarom gebruikt de evangelist Mattheus beelden die de tijd en ruimte overstijgen. Als de vrouwen, Maria Magdalena en die andere Maria, vroeg in de morgen naar het graf komen kijken, beeft de aarde. We hebben allemaal nog de beelden van die verschrikkelijke aardbeving in Turkije en Syrie op ons netvlies. Maar de bewoners van die gebieden voelden echt de aardschokken onder zich en zagen de rotsen op zich afkomen. Het is het beeld van hemel en aarde die vergaan, waar niets tegen bestand is. We moeten dus eigenlijk bij het verhaal van de verrijzenis van Jezus de grond onder onze voeten voelen schudden. Waar we hier getuige van zijn is het voorbijgaan van de wereld daarvoor en het aanbreken van een nieuwe wereld.
Matteus vertelt dat plotseling een engel als een enorme bliksemschicht uit de hemel neerdaalt. De aartsengel die het einde van de wereld aankondigt door de steen van het graf weg te rollen. Zo’n onverdraaglijk licht, vele malen feller dan de zon, dat je je ogen moet sluiten om ze te beschermen.
Er gebeurt dus iets wat je niet kunt zien vanwege het verblindende licht. We kunnen dus eigenlijk niets anders dan de handen voor de ogen slaan. Ook vannacht in deze Paasviering.
Dat de engel de steen van het graf rolt, is niet bedoeld om te vertellen dat de gestorvene terug kon keren in het leven zoals eens Lazarus. Het open graf toont de vrouwen dat het graf leeg is. Het graf had Jezus moeten loslaten. De dood had hem niet kunnen bevatten. Dat is de aardverschuiving die heeft plaats gevonden. Dat is de bliksemflits die de hemel doorklieft heeft, wil de evangelist zeggen. De oude aarde en de oude hemel zijn voorbijgegaan. De nieuwe aarde en de nieuwe hemel zijn gekomen. De dood bestaat niet meer voor allen die geloven.
Maar dit alles is niet een soort bovennatuurlijk verschijnsel waar de vrouwen en allen die er van horen ondersteboven zijn. Het is ook, en eerst en vooral, een oordeel. Het laatste oordeel. Jezus had terecht gestaan voor de aardse tribunalen. Voor de hogepriester, voor de stadhouder, voor de stem van het volk. Hoewel hij onschuldig was, werd hij als een godslasteraar ter dood veroordeeld en geëxecuteerd door de smadelijke dood aan het kruis. Zo keek de wereld tegen Jezus aan. Maar het lege graf toont aan, dat God zich achter Jezus heeft gesteld. God heeft het laatste woord. Niet de wereld. De verrijzenis van Jezus is het eerherstel van de Rechtvaardige. Hij is de Zoon van God in eeuwigheid. Dit vonnis van God stelt niet alleen Jezus in zijn recht als de Christus. Ook allen die in hem geloven. En allen die berouw hebben gekregen en zich tot hem bekeren. Want de verrijzenis van Jezus betekent ook de rechtvaardiging van allen die hun hoop op Gods barmhartigheid gevestigd hebben. “Zalig de armen van geest want zij zullen het rijk van God beërven”. De verrijzenis van Jezus is inderdaad de omgekeerde wereld. Niet degenen die zweren bij macht, macht in welke vorm dan ook, hebben deel aan het waarachtige menselijke leven en het eeuwige geluk, maar degenen die vertrouwen op God, op liefde en waarheid.
De vrouwen mogen wat ze gezien hebben niet voor zichzelf houden. Ze moeten aan de leerlingen gaan vertellen wat ze gezien hebben en wat de engel hen gezegd heeft: “Ik weet wie jullie zoeken de Gekruisigde. Hij is hier niet. Hij is Verrezen. Gaat dit vertellen aan zijn leerlingen. En hij gaat u voor naar Galilea. Daar zult ge hem zien”. De vrouwen leggen hun aanvankelijk schrik af. Ze zijn vol vreugde. Ze laten het graf van Jezus achter zich. En de eerste die zij ontmoeten als ze op weg gaan, is de levende Heer. Ze maken door hun geloof al deel uit van die nieuwe wereld. Ze omhelzen zijn voeten. Met andere woorden: ze volgen hem nu als de levende Heer. Overal gaat hij hen voor. Hij is voor hen de weg ten leven. Er komt een beweging op gang, een wereldwijde beweging die niet meer tot stilstand komt. De levende Heer bevestigt wat de engel aan hun gezegd heeft. Die zei: ”Weest niet bevreesd, gaat naar de leerlingen en zegt dat de Heer leeft en dat hij u voor gaat naar Galilea”.
Jezus zegt: “Gaat aan mijn broeders de boodschap brengen dat zij naar Galilea moeten gaan. Daar zullen zij mij zien”.
Hoort u het verschil? De leerlingen worden nu door Jezus broeders genoemd. De verrezen Heer neemt geen afstand door zijn verrijzenis. Er is geen kloof tussen Jezus Christus in zijn heerlijkheid en ons stervelingen. Hij is meer dan ooit één met ons. De dood bestaat tussen hem en ons niet meer. We mogen altijd vol hoop zijn en we mogen die hoop ook verkondigen door ons leven aan alle mensen. Aan heel de wereld. Als wij nu onze ogen eens moeten sluiten, slaan we ze op in het nieuwe leven waarin Jezus ons is voorgegaan en van waaruit hij ons tegemoet komt. Amen
Martin Los, emeritus pastoor
1) De Evangelielezing tijdens de Paaswake: Mattheus 28:1-10
Geloof begint met verwondering
Beantwoorden