Wat mij steekt in het woord steekpartij

Telkens verwonder ik mij als in de media een gebeurtenis een ‘steekpartij’ wordt genoemd terwijl dan al duidelijk is dat er slechts één dader is, degene die met een mes anderen, verwondt. De clichematige ‘verwarde man’, of de overvaller die zijn prooi neersteekt, of de terrorist.
Bij een echte steekpartij stel ik me voor dat er meerdere deelnemers zijn die tegenover elkaar staan en op elkaar insteken. Een vechtpartij, maar met andere middelen dan de blote vuist. Bij een scheldpartij beperkt men zich tot woorden.
Een woord dat op ‘partij’ eindigt, veronderstelt iets van meerdere betrokkenen, partijen, met een zekere gelijkwaardigheid. “Veel renners hielden verwondingen over van de valpartij waarbij ze betrokken raakten”. “het uitstapje van de senioren eindigde in een smulpartij”.
De vraag is waarom kranten, radio en televisie het woord steekpartij gebruiken als er sprake is van een schuldige dader en een of meer onschuldige slachtoffers. Recent spraken de media over het voorval op het Centraal Station in Amsterdam weer als een steekpartij.
De reden dat het woord steekpartij veelvuldig wordt gebruikt zal zijn dat het incident (overvaller, verwarde man, en vooral terrorist) daarmee wordt teruggeschaald naar een minder angstwekkend of boosmakende manier van spreken.
Wat mij steekt is dat men de slachtoffers daarmee onrecht doet. Zij worden door messteken getroffen, zonder aanleiding, alleen omdat ze op het verkeerde moment en op de verkeerde plaats zijn op het moment dat zij getroffen worden.
Ik roep hiermee de pers en overheid op om het woord steekpartij te mijden en liever te spreken van steekincident tenminste zolang de toedracht niet duidelijk. Daarna past klare taal: daad van een verwarde man (psychose, gewapende overval, terreurdaad)