Wat God verbonden heeft

Homilie op de 27e gewone zondag van het litugische jaar. 6 oktober 2024 in de kerk van H. Dominicus Tiel

Het is altijd goed om bij een evangeliegedeelte ons niet allen af te vragen wat de betekenis is, maar ook waar en wanneer het zich afspeelt. 1) Want dat kan ons helpen nog beter te begrijpen wat het verhaal ons wil vertellen, dat wil zeggen: wat de blijde boodschap is. Dat is des te belangrijker omdat Jezus geen kant en klare leer uit een lesboek verkondigt. Hij verkondigt het koninkrijk van God dat nabij is, aan de hand van concrete vragen van mensen en actuele gebeurtenissen. Daarom klinkt zijn leer steeds zo fris en levendig en hoopgevend.
Het debat met de Farizeeën over de vraag of een man zijn vrouw mag wegzenden vindt plaats als Jezus nog maar een paar dagen verwijderd is van het doel van zijn reis, van zijn opgang naar Jeruzalem, zijn verhoging aan het kruis zoals spoedig zal blijken. Zijn aanhang is intussen flink gegroeid. Maar ook het aantal mensen dat zich afvraagt wie deze Jezus eigenlijk is – de zwevende kiezers – en ook de tegenstanders nemen toe in aantal en felheid. De spanning stijgt met de dag. Dus zullen de kwesties die hem worden voorgelegd ook zaken zijn die zijn tijdgenoten echt bezig houden. Zoals in onze tijd:  hoe om te gaan met de vele migranten, het vervagen van verschillen tussen de seksen, de omgang met het slavernij verleden enzovoort. Kijk de actualiteitenprogramma’s. Kennelijk was in Jezus’ tijd heel erg actueel de kwestie die de Farizeeën aan de orde stellen: “mag een man zijn vrouw wegzenden”.,
Wat valt op? Alles draait om de man, niet een enkele man, maar dé man in het algemeen. Die maakt de dienst uit. Er blijkt sprake van een grote ongelijkheid tussen de rol van de man en de vrouw, in het bijzonder op het punt van wie de macht heeft. Het is dus niet alleen een persoonlijke zaak, maar de context van cultuur, religie en politiek bepalen hoe iedereen tegen de dingen aankijkt en wat de speelruimte van de openbare mening is. Jezus begint met een gemeenschappelijke grond, een gezamenlijk vertrekpunt. Dat is voor alle partijen en personen de Wet van Mozes. “Wat heeft Mozes u geboden?” Wij zouden zeggen: wat staat er in de Bijbel.  Ze antwoorden: “Mozes heeft toegestaan een scheidbrief te schrijven en haar daarmee weg te zenden.” Zo’n scheidbrief lijkt een humane manier van doen. Hij toont dat de vrouw niet van huis weg gelopen is, maar met toestemming van haar man een nieuw leven mag beginnen. Maar in werkelijkheid was het bijna onmogelijk voor een vrouw om in de patriarchale cultuur van die dagen nog een nieuwe man te vinden. Haar reputatie lag aan flarden. Maar vooral blijkt hieruit hoe onmondig de positie van de vrouw was. Wij vinden dat terecht verwerpelijk, maar in Jezus’ tijd was het de normale gang van zaken. Toch stelt Jezus die cultuur niet openlijk ter discussie, maar hij stelt direct de liefdeloosheid van zulk gedrag aan de kaak: “Met het oog op de hardheid van uw harten heeft hij dat gebod geschreven. maar aan het begin van de schepping heeft hij hen als man en vrouw gemaakt. Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en die twee zullen tot één vlees zijn”. 2)
Zo staat het in het scheppingsverhaal dat ook door Mozes is geschreven en eerder, veel eerder dan de wet met mogelijkheid van een scheidbrief. Die is dus helemaal niet bedoeld als pragmatische oplossing in geval van huwelijksproblemen. Elke scheiding toen en nu is een pijnlijke noodoplossing zoals iedere ervaringsdeskundige weest. De echtparen en gezinnen die het betreft verdienen begrip en medeleven en een nieuwe kans op geluk. Jezus veroordeelt dus niet dat relaties schipbreuk kunnen leiden.  Hoe zou hij die vol mededogen met ons menselijke zwakheid en onvermogen is, juist op dit punt zelf blijk kunnen geven van hardheid van hart tegenover menselijk verdriet. Nee, Jezus legt uit dat een cultuur waarin de man eenzijdig bepaalt of zijn huwelijk duurzaam is, niet in overeenstemming met Gods bedoeling is: “Wat God samengevoegd heeft scheide de mens niet”. Dit is niet een hardvochtige regel die mensen, man en vrouw tot elkaar veroordeelt, maar wijst de man terug die een buitenproportionele macht heeft. We kunnen dus nooit zomaar een cultureel en politiek bepaalde regel uit de Bijbel klakkeloos overzetten naar onze actualiteit. We moeten steeds weer het gesprek met elkaar aangaan.
“Wat God samengevoegd heeft scheide de mens niet” Het is een oproep om ondanks de moeilijkheden en de teleurstellingen die mensen ondervinden het huwelijk hoog te houden. Het is de samenlevingsvorm die de liefde de kans te geeft zich te ontwikkelen op de unieke universele manier van het huwelijk. Voor superioriteitsgevoelens en zelfs machogedrag van de man en daarnaast de onmondigheid van de vrouw is daarin geen plaats. Daarom houden we aan het begin van elk huwelijk en elke als duurzaam bedoelde relatie de adem in vanwege dit ongelofelijke avontuur.
Een oudere collega, zelf al in de negentig vertelde dat hij in een verzorgingshuis met een aantal andere negentig jarige echtparen aan de koffie zat. Het gesprek kwam op de vraag wat het geheim van een duurzame relatie is. “Het is een kwestie van geven en nemen” zeiden ze met instemming van elkaar. “Nee, zei éen stel: “het is een kwestie van geven én ontvangen”. Een wijze opmerking. Ik zou er alleen wel aan toe willen voegen “met Gods genade” Amen

Martin Los pr

Schriftlezingen van de Eucharistie op de 27e zondag door het jaar B
1) Evangelielezing: Marcus 10:2-12
2) Eerste lezing: Genesis 2:18-24
Afbeelding: schepping van Adam en Eva Michelangelo Buonarroti

Het genoegen van genoeg

Homilie op de 17e zondag jaar B 28 juli 2024 in de r.k. kerk van Houten

Dierbare zusters en broeders, een halve eeuw geleden kon je nog alleen seizoensgebonden groenten en fruit en andere landbouwproducten in, de winkel kopen. Nu ziet de groenteafdeling van de supermarkt er het hele jaar door, op een paar uitzonderingen na hetzelfde uit. Of het nu zomer of winter is. Als hier het seizoen van de speciebonen hier voorbij is, importeren we ze uit Kenia of Egypte. Nee, dit wordt geen preek over klimaatveranderingen of de globalisering van de economie. In het evangelie van deze zondag gaat het over vijf gerstebroden. En over Pasen. Voor ons gevoel niet zo boeiende informatie. Maar in de tijd van Jezus, toen alle landbouw nog seizoensgebonden was, was gerst de eerste graanoogst  en die viel altijd samen met Pasen, het feest van de eerstelingen van de oogst, dus gerst en alleen gerst, in het voorjaar. Alleen tegen die achtergrond kunnen we begrijpen wat het Evangelie ons vertellen wil. 1) Het is niet zomaar een wonderverhaal. Het is een teken dat verwijst naar Pasen, het feest van de verrijzenis. Van het geheim van het leven en de opstanding uit de dood. Jezus wil aan de mensen laten zien wie hij is, de Messias, de Zoon van God die in de wereld gekomen is om de wereld in aanraking te brengen met God, de oorsprong en bron van alle leven.
Eerst geeft hij zijn leerlingen opdracht om de ontelbare menigte die hem gevolgd is te eten te geven: “Hoe moeten we brood kopen om deze mensen te laten eten?” vraagt hij zijn leerlingen. Alsof dagelijks brood allereerst of alleen een kwestie is van geld. Gaat daar niet aan vooraf dat het brood een gave van God is die leven geeft en in leven houdt? Verwondering en dankbaarheid? De leerlingen beginnen meteen een rekensom te maken waaruit blijkt dat er een kapitaal nodig is om zoveel monden en magen te vullen.  
Was het enige juiste antwoord niet geweest: konden we het brood maar delen, hoe weinig ook, dan was ervoor iedereen genoeg. Want delen is vermenigvuldigen. Daartoe brengt de aarde haar vruchten voort. Alles is uiteindelijk en principieel een gave van God. Geen rekensom lost dit vraagstuk, maar alleen het verlangen dat niemand iets te kort komt en dat we daar allen aan kunnen bijdragen.
Er blijkt een jongen aanwezig die over vijf broden en twee vissen beschikt. Een nieuwe generatie mag om zo te zeggen als vlaggendrager optreden. Let wel: de jongen heeft vijf gerstebroden met twee vissen. Met Pasen werd jaarlijks vanuit de streek waar de oogst het eerst gereed was, een mand met gersthalmen naar de priester in de tempel in Jeruzalem gedragen om ze aan het God op te dragen. Dat is precies wat hier lijkt te gebeuren. Jezus neemt de gerstenbroden min ontvangst en draagt ze in gebed aan God op. En was zeven niet de aanduiding dat  van alles genoeg is? De zeven dagen van de week zijn genoeg. Heel de schepping is genoeg voor iedereen. Met onze wereldwijde 24/7 economie komen we nog steeds meer tijd te kort.
Het is indrukwekkend. Maar de grote kloof tussen arm en rijk wordt er niet mee gedempt en wordt eerder groter. En de werkers zijn eerder ondergeschikten van de machines, computers en procedures dan dat zij de baas zijn en genieten van de menselijke vrijheid en dienstbaarheid aan de gemeenschap.
“Toen nam Jezus de broden en na het dankgebed gesproken te hebben, liet hij ze uitdelen aan de mensen die daar zaten, als mede de vissen zoveel men maar wilde”
Dankgebed is in het Grieks, de taal van het Evangelie “eucharistie”.  Een duidelijke verwijzing dus naar de eucharistie die wij vieren, het gebed en het gebroken brood dat Jezus aan de kerk gaf als teken en bezegeling van zijn tegenwoordigheid in ons midden. Het wonder van de vermenigvuldiging van het brood mogen wij in geloof telkens meemaken. Het feestelijk genoegen van het genoeg. Niet alleen voor nu, maar voor altijd. Want als iedereen verzadigd is, blijft er nog genoeg over voor toekomstige generaties: “Haalt nu de overgebleven brokken over op om niets verloren te laten gaan”. Ze haalden  ze op en vulden twaalf manden met brokken welke de mensen door de mensen na het eten overgebleven waren. Twaalf is het getal van Gods volk die alle rassen en naties en talen omvatten.
Elke keer als we de eucharistie vieren bevestigen we het visioen van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde waarop gerechtigheid en vrede woont. De nieuwe werkelijkheid waarin  Jezus Christus allen in alles is. Het leven waarin de dood is overwonnen. Leven in zijn volheid, leven in overvloed. Gaan we voor dat wonder en eten we in geloof? Richten we ons leven en onze gemeenschap daarop in?
In de kerk, in de eucharistie mogen we Christus ontmoeten die zegt: Ik ben het Levende Brood dat uit de hemel is neergedaald. Wie van dit brood eet zal nooit meer honger hebben. Ja, dat is de vraag: eten we alleen voor de korte termijn het brood dat weer vergaat of eten we in geloof het brood van eeuwig leven. Amen

Martin Los pr

1) Evangelie van deze 17e zondag door het jaar B: Johannes 6:1-15
Afbeelding: De gersteoogst